Bevestigen op een veldhakselaar type 498
met variabele maaibordaandrijving
Oprapers voor de Claas-veldhakselaar van het type 498
zijn technisch gedeeltelijk voorbereid op de variabele
maaibordaandrijving.
Bovendien moeten programmeerstappen in de
veldhakselaarsoftware worden uitgevoerd in
afstemming met Claas. Neem hiervoor contact op met
uw Claas dealer.
BELANGRIJK: De A130FAM-module moet worden
geprogrammeerd voor het gebruik van de
variabele maaibordaandrijving. Anders
kan de opraper alleen met constante
snelheid worden gebruikt.
OPMERKING: Af-fabriek is de A130FAM-module leeg.
De A130FAM-module moet via de veldhakselaar worden
geprogrammeerd. Ga hiervoor als volgt te werk
1. Montage van de opraper op de veldhakselaar
2. Sluit de veldhakselaar aan op een computer en start
het Claas diagnosesysteem (CDS).
3. Selecteer de A130FAM-module voor het
programmeren van de opraper.
4. Gebruik bij het invoeren van een serienummer een
serienummer dat is vrijgegeven door Claas.
BELANGRIJK: Voer een serienummer in van een
3 m HD Claas opraper.
5. Selecteer variabele maaibordaandrijving (indien
aanwezig op de veldhakselaar).
6. Deactiveer de optie AUTO CONTOUR.
Aankoppelen
30-1
KM00321,0000A05 -18-21FEB20-1/2
KM00321,0000A05 -18-21FEB20-2/2
030520
PN=28