®
VLT
HVAC Drive Bedieningshandleiding
Stop en uitsch.
Als par. 8-04 is ingesteld op
worden gegeven. Na de uitlooptijd volgt de uitschakeling, waarbij een
alarm wordt gegeven.
Par. 8-03
Time-out-tijd stuurwoord
WAARSCHUWING 25, Kortsluiting remweerstand:
De remweerstand wordt bewaakt tijdens bedrijf. Als er kortsluiting op-
treedt, wordt de remfunctie gestopt en een waarschuwing gegeven. De
frequentieomvormer functioneert nog wel, zij het zonder de remfunctie.
Schakel de frequentieomvormer uit en vervang de remweerstand (zie par.
Remtest
2-15
).
ALARM/WAARSCHUWING 26, Vermogensbegrenzing remweer-
stand:
Het vermogen dat naar de remweerstand wordt overgebracht, wordt be-
rekend als een percentage, als gemiddelde waarde over de laatste 120
s, op basis van de weerstandswaarde van de remweerstand (par. 2-11)
en de tussenkringspanning. De waarschuwing wordt gegeven wanneer
het afgegeven remvermogen hoger is dan 90%. Als
lecteerd in par. 2-13 schakelt de frequentieomvormer uit en wordt een
alarm gegeven wanneer het afgegeven remvermogen hoger is dan
100%.
WAARSCHUWING 27, Remchopperfout:
De remtransistor wordt bewaakt tijdens bedrijf en bij kortsluiting wordt
de remfunctie afgeschakeld en de waarschuwing weergegeven. De fre-
quentieomvormer blijft nog wel actief, maar door de kortsluiting van de
remtransistor gaat veel vermogen naar de remweerstand, ook als deze
niet actief is. Schakel de frequentieomvormer uit en verwijder de rem-
weerstand.
Waarschuwing: het risico bestaat dat in geval van kort-
sluiting van de remtransistor een aanzienlijke hoeveel-
heid energie wordt overgebracht naar de remweer-
stand.
ALARM/WAARSCHUWING 28, Remtest mislukt:
Remweerstandsfout: de remweerstand is niet aangesloten of werkt niet.
ALARM 29, Overtemperatuur frequentieomvormer:
Als de behuizing IP 20 of IP 21/Type 1 is, is de uitschakeltemperatuur
o
o
van het koellichaam 95
C +5
C, afhankelijk van de grootte van de fre-
quentieomvormer. De temperatuurfout kan pas gereset worden wanneer
de temperatuur van het koellichaam onder de 70
De fout kan worden veroorzaakt door:
-
Te hoge omgevingstemperatuur
-
Te lange motorkabel
ALARM 30, Ontbrekende motorfase U:
Motorfase U tussen frequentieomvormer en motor ontbreekt.
Schakel de frequentieomvormer uit en controleer motorfase U.
ALARM 31, Ontbrekende motorfase V:
Motorfase V tussen frequentieomvormer en motor ontbreekt.
Schakel de frequentieomvormer uit en controleer motorfase V.
ALARM 32, Ontbrekende motorfase W:
Motorfase W tussen frequentieomvormer en motor ontbreekt.
Schakel de frequentieomvormer uit en controleer motorfase W.
zal er een waarschuwing
kan mogelijk worden verhoogd.
Uitsch
. [2] is gese-
o
C +5
o
C gezakt is.
MG.11.A6.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
ALARM 33, Inrush-fout:
Er zijn te veel inschakelingen geweest gedurende een korte tijd. Zie het
hoofdstuk
Specificaties
voor het toegestane aantal inschakelingen binnen
één minuut.
WAARSCHUWING/ALARM 34, Veldbuscommunicatiefout:
De veldbus op de communicatieoptiekaart werkt niet.
WAARSCHUWING 35, Buiten frequentiebereik:
Deze waarschuwing is actief wanneer de uitgangsfrequentie de waarde
heeft bereikt die is ingesteld in
Waarschuwing snelheid laag
of
Waarschuwing snelheid hoog
(par. 4-53). Als de frequentieomvormer
werkt op basis van een procesregeling met terugkoppeling (par. 1-00) zal
de waarschuwing actief zijn op het display. Als de frequentieomvormer
zich in een andere modus bevindt, zal bit 008000
reik
in het uitgebreide statuswoord actief zijn, maar zal er geen waar-
schuwing op het display verschijnen.
ALARM 38, Interne fout:
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
WAARSCHUWING 47, 24 V-voeding laag:
De externe 24 V DC-reservevoeding kan overbelast zijn. Neem in andere
gevallen contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
WAARSCHUWING 48, 1,8 V-voeding laag:
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
ALARM 50, AMA-kalibratie mislukt:
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
ALARM 51, AMA-test Unom en Inom:
De instelling van de motorspanning, de motorstroom en het motorver-
mogen zijn waarschijnlijk fout. Controleer de instellingen.
ALARM 52, AMA lage Inom:
De motorstroom is te laag. Controleer de instellingen.
ALARM 53, AMA-motor te groot:
De motor is te groot om AMA te kunnen uitvoeren.
ALARM 54, AMA-motor te klein:
De motor is te klein om AMA te kunnen uitvoeren.
ALARM 55, AMA-par. buiten bereik:
De ingestelde parameterwaarden voor de motor vallen buiten het toege-
stane bereik.
ALARM 56, AMA onderbroken door gebruiker:
AMA is onderbroken door de gebruiker.
ALARM 57, AMA time-out:
Probeer AMA enkele keren helemaal opnieuw te starten, totdat AMA cor-
rect wordt uitgevoerd. Wanneer de AMA verschillende keren kort na
elkaar wordt uitgevoerd, kan de motor zo warm worden dat de weer-
standen Rs en Rr groter worden. In de meeste gevallen is dit echter niet
kritiek.
ALARM 58, AMA interne fout:
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
WAARSCHUWING 59, Stroomgrens:
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier.
WAARSCHUWING 62, Uitgangsfrequentie op maximumbegren-
zing:
De uitgangsfrequentie is hoger dan de ingestelde waarde in parameter
4-19.
7 Problemen verhelpen
(par. 4-52)
Buiten frequentiebe-
7
139