Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 8 Parametergids
Parameter/
Uitleg
Bereik
Wanneer dit op BPM is ingesteld, wordt de waarde van elke parameter
ingesteld volgens de waarde van de 'Master BPM'(pag. 122) die voor
elke Patch is aangegeven. Dit maakt het makkelijker om effectgeluid
instellingen te bereiken die bij het tempo van de song passen.
Indien, door het tempo, de maat langer is dan het bereik van toegestane
instellingen, wordt hij gesynchroniseerd tot een periode van hetzij 1/2 hetzij
1/4 van die maat.
Depth *1
0–100
Regelt de diepte van het effect.
Position *2
L100–CENTER–
Dit regelt de volumebalans tussen het linker- en
R100
het rechterkanaal.
*1
Instelling beschikbaar wanneer Type op Auto wordt ingesteld.
*2
Instelling beschikbaar wanneer Type op Manual wordt ingesteld.
SLICER
Dit effect onderbreekt het geluid telkens om een indruk te
geven dat er een ritmische achtergrond frase wordt gespeeld.
Parameter/
Uitleg
Bereik
Pattern
Selecteer het slice patroon dat wordt gebruikt
P1–P20
om het geluid te onderbreken.
Rate
0–100,
Regel de snelheid waarmee het geluid onder-
broken wordt.
BPM
–BPM
Wanneer dit op BPM is ingesteld, wordt de waarde van elke parameter
ingesteld volgens de waarde van de 'Master BPM'(pag. 122) die voor
elke Patch is aangegeven. Dit maakt het makkelijker om effectgeluid
instellingen te bereiken die bij het tempo van de song passen.
Indien, door het tempo, de maat langer is dan het bereik van toegestane
instellingen, wordt hij gesynchroniseerd tot een periode van hetzij 1/2 hetzij
1/4 van die maat.
Trig Sens (Trigger Sensitivity)
Regelt de gevoeligheid van de sensor om het
geselecteerde patroon van het begin af aan te
spelen.
Wanneer er tonen krachtig gepickt worden,
zal het ritmepatroon vanaf het begin gespeeld
0–100
worden.
Bij hoge instellingen van deze parameter zul-
len zelfs zwak geplukte tonen ervoor zorgen
dat het patroon weer vanaf het begin
gespeeld wordt.
116
VIBRATO
Dit effect geeft Vibrato door de toonhoogte licht te moduleren.
Parameter/
Uitleg
Bereik
Rate
0–100,
Regelt de snelheid van het Vibrato.
BPM
–BPM
Wanneer dit op BPM is ingesteld, wordt de waarde van elke parameter
ingesteld volgens de waarde van de 'Master BPM'(pag. 122) die voor
elke Patch is aangegeven. Dit maakt het makkelijker om effectgeluid
instellingen te bereiken die bij het tempo van de song passen.
Indien, door het tempo, de maat langer is dan het bereik van toegestane
instellingen, wordt hij gesynchroniseerd tot een periode van hetzij 1/2 hetzij
1/4 van die maat.
Depth
0–100
Regelt de diepte van het Vibrato.
Trigger
Schakelt het Vibrato in/uit.
Off, On
Er wordt aangenomen dat deze parameter aan
de voetschakelaar wordt toegekend (pag. 51).
Rise Time
Hiermee stelt u de tijd in vanaf het moment
dat de Trigger wordt ingeschakeld totdat het
ingestelde Vibrato wordt verkregen.
Wanneer er een Patch wordt opgeroepen,
0–100
waarvan de Trigger op On is ingesteld, is het
effect dat wordt verkregen identiek aan wat er
gebeurt wanneer Trigger van Off naar On wordt
geschakeld. Indien u het Vibrato effect direct
wilt horen nadat er van Patch gewisseld is, stelt
u de Rise Time op 0 in.
Advertenties
Inhoudsopgave
