4 Voorbereiding
Patroon 1
a
b
a
b
a
b
a
Naar binnenunit
b
Leiding tussen buitenunits
X
Niet toegelaten (olie blijft achter in de leiding)
O
Toegelaten
▪ Sluit de afsluiter en de leiding tussen buitenunits altijd aan zoals in
de 4 juiste mogelijkheden van de onderstaande afbeelding om te
voorkomen dat olie bij de verstgelegen buitenunit blijft staan.
a
b
b
b
a
b
b
b
a
a
b
b
a
a
a
Naar binnenunit
b
Olie hoopt zich op bij de verstgelegen buitenunit wanneer
het systeem stopt
X
Niet toegelaten
O
Toegelaten
▪ Als de leidinglengte tussen de buitenunits langer dan 2 m is, moet
de gasleiding 200 mm of meer oplopen binnen een lengte van 2 m
vanaf de set.
Als
≤2 m
a
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
10
Patroon 2
a
b
a
b
a a
b
a
b
a
Dan
b
≤2 m
Als
>2 m
a
≤2 m
a
Naar binnenunit
b
Leiding tussen buitenunits
OPMERKING
Bij een systeem met meerdere buitenunits gelden voor de
installatie
beperkingen
aansluitingen van de koelmiddelleiding tussen buitenunits.
Installeer volgens de volgende beperkingen. De capaciteit
van buitenunits A, B, en C moet voldoen aan de volgende
beperkingen: A≥B≥C.
A
B
a b
c
a Naar binnenunits
b Leidingkit voor aansluiting van meerdere buitenunits
(eerste aftakking)
c Leidingkit voor aansluiting van meerdere buitenunits
(tweede aftakking)
4.3
De elektrische bedrading
voorbereiden
4.3.1
Over het voldoen aan de normen inzake
elektriciteit
Deze apparatuur is conform met:
▪ Deze apparatuur is conform met EN/IEC 61000‑3‑11 op
voorwaarde dat de systeemimpedantie Z
aan Z
is op het interfacepunt tussen de voeding van de
max
gebruiker en het openbare systeem.
▪ EN/IEC 61000‑3‑11 = Europese/Internationale Technische
Norm
die
de
spanningsveranderingen,
flikkeren in openbare laagspanningssystemen voor apparatuur
met een nominale stroom ≤75 A.
▪ Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de installateur of
gebruiker van de apparatuur om ervoor te zorgen, indien nodig
in
overleg
met
de
distributienetwerkbeheerder,
apparatuur alleen wordt aangesloten op een voeding met een
systeemimpedantie Z
kleiner dan of gelijk aan Z
sys
▪ Deze apparatuur is conform met EN/IEC 61000‑3‑12 op
voorwaarde dat de systeemimpedantie S
S
is op het interfacepunt tussen de voeding van de gebruiker en
sc
het openbare systeem.
▪ EN/IEC 61000‑3‑12 = Europese/internationale technische norm
die
de
grenzen
vastlegt
geproduceerd door apparatuur aangesloten op openbare
laagspanningssystemen met een ingangsstroom >16 A en
≤75 A per fase.
▪ Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de installateur of de
gebruiker van de apparatuur om ervoor te zorgen, indien nodig
in
overleg
met
de
distributienetwerkbeheerder,
Dan
>2 m
>2 m
b
≤2 m
op
de
volgorde
van
C
kleiner dan of gelijk
sys
beperkingen
vastlegt
spanningsschommelingen
dat
.
max
groter dan of gelijk aan
sc
inzake
harmonische
stromen
dat
RYYQ+RYMQ+RXYQ8~20U7Y1B
VRV IV+ warmtepomp
4P546220-1 – 2018.09
de
voor
en
de
de