Veiligheid
Zorg er voor het uitschakelen van het AirCon Service Center voor dat
het gekozen programma is beëindigd en alle kleppen zijn gesloten.
Anders kan er koudemiddel ontsnappen.
Als u waarden in de menu's wijzigt, pas deze dan altijd aan de
gegevens aan het voertuig aan.
Gebruik bij het neerzetten de remhendels aan de voorwielen om het
AirCon Service Center te beveiligen tegen wegrollen.
2.3
Veiligheid bij de omgang met het koudemiddel
!
VOORZICHTIG!
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen (veiligheidsbril en
veiligheidshandschoenen) en vermijd lichamelijk contact met het
koudemiddel. Lichamelijk contact met het koudemiddel onttrekt
warmte aan het lichaam, zodat het op de betreffende plaatsen tot
bevriezing kan komen.
Adem de koudemiddeldampen niet in. De koudemiddeldampen zijn
weliswaar niet giftig, ze verdringen echter de voor het ademen nood-
zakelijke zuurstof.
Gebruik het toestel uitsluitend in goed geventileerde ruimtes.
Gebruik koudemiddel niet in de omgeving van lager gelegen ruimtes
(bijv. montageputten, slibputten). Het koudemiddel is zwaarder dan
zuurstof en verdringt daarom de voor het ademen noodzakelijke zuur-
stof. Bij werkzaamheden in niet-geventileerde montageputten kan er
zuurstofgebrek optreden.
A
LET OP!
Zorg ervoor dat tijdens het gebruik, het vullen of het legen van koude-
middel alsook tijdens reparatie- en servicewerkzaamheden geen kou-
demiddel kan lekken en het milieu terecht kan komen.
Daardoor wordt het milieu beschermd.
Bovendien wordt vermeden dat door het voorhanden zijn van koude-
middel in de omgeving van het AirCon Service Center het vinden van
lekken aan het voertuig of aan het toestel bemoeilijkt wordt of onmo-
gelijk is.
Neem maatregelen om ervoor te zorgen dat gelekt koudemiddel niet
in de riolering terecht kan komen.
I
INSTRUCTIE
Speciale informatie over het koudemiddel R-134a en over veiligheids-
maatregelen alsook de bescherming van personen en voorwerpen is
te vinden in de veiligheidsinformatiebladen van de koudemiddel-
fabrikant.
8
ASC 1100G
NL