5.3
Handrem
(A)
Trek de handrem aan.
(B)
Maak de handrem los.
Cenius03-2TX BAG0112.17 06.23
Ga als volgt te werk:
1. Bevestig de trekkabel aan een vast punt van de tractor.
2. Bedien de tractorrem bij draaiende tractormotor en aangesloten
hydraulische rem.
→
Het drukvat van de noodrem wordt geladen.
GEVAAR
Gevaar voor ongevallen als gevolg van niet goed functionerende
rem!
Bevestig de borgclip na het verwijderen (bijv. bij het activeren van de
noodrem) beslist vanaf dezelfde zijde in de remklep (Afb. 13). Anders
functioneert de rem niet.
Test de bedrijfsrem en de noodrem zodra de borgclip weer is
aangebracht.
Het drukvat perst bij afgekoppelde machine hydraulische olie
in de rem en remt de machine of
•
in de slangleiding naar de tractor en bemoeilijkt het koppelen
•
van de remleiding aan de tractor.
In deze gevallen de druk via de handpomp op het remventiel
afbouwen.
De aangetrokken handrem beveiligt de afgekoppelde machine tegen
het per ongeluk wegrollen. De handrem wordt bediend bij het
verdraaien van de kruk via spil en kabel.
Afb. 11
•
Corrigeer de instelling van de handrem als de spanafstand van
de spil niet meer voldoende is.
Zorg ervoor dat de kabel niet op andere voertuigdelen ligt of
•
ertegen schuurt.
•
Bij een geloste handrem moet de kabel lichtjes doorhangen
Opbouw en werking
47