10 Onderhoud van de brander
De bij de brander geleverde handleiding raadplegen.
11 Onderhoud van de installatie
11.1 Waterdruk
De waterdruk van de installatie regelmatig controleren (> 1 bar) en
eventueel bijvullen. De ketel niet plotseling met koud water bijvullen
terwijl de ketel warm is.
11.2 Aftappen
Er wordt afgeraden een installatie volledig af te tappen, behalve
indien absoluut noodzakelijk.
12 Typeplaat
De typeplaat, aan te brengen bij de installatie van de ketel, vermeldt
het ketelserienummer en de belangrijkste toestelspecificaties.
Type verwarmingsketel
Nominaal vermogen
Nominale belasting
18
Er dient slechts enkele malen per stookseizoen licht bijgevuld te
hoeven worden; indien meer keren nodig, het lek opsporen en
dichten.
P 420
02/04/08 - 300016837-001-A