Airconditioning achterin
(automatische
klimaatregeling met drie
zones)
N.B.: De airconditioning achterin
bestaat alleen uit een koelsysteem.
U kunt het gebruiken om het
passagierscompartiment achterin af
te koelen. Het systeem kan de
temperatuur in het
achtercompartiment niet op een
hogere temperatuur brengen dan in
de twee zones voorin.
N.B.: Wanneer de airconditioning is
uitgeschakeld, kunt u geen
temperatuur kiezen voor het
achtercompartiment die lager is dan
de gemiddelde instellingen voor de
twee zones voorin.
E70313
Klimaatregeling
Druk op de toets voor de
airconditioning achterin om de
instellingen voor de achterpassagiers
te veranderen. Het symbool voor de
airconditioning achterin en de
instellingen voor het
achtercompartiment verschijnen op
het display.
Druk nogmaals op de toets voor de
airconditioning achterin om terug te
keren naar de instellingen voorin.
Wanneer enkele seconden geen
toets wordt ingedrukt, keert het
systeem automatisch terug naar de
instellingen voorin.
Temperatuur achterin
N.B.: U kunt een lagere temperatuur
dan voorin instellen, maar geen
hogere temperatuur dan gemiddeld
voor de twee zones voorin.
N.B.: U kunt verschillende
temperaturen voor de
bestuurderszijde en achterin kiezen,
de mono modus wordt dan
uitgeschakeld. Wanneer u op de
MONO toets drukt, worden alle drie
temperatuurzones gewijzigd in te
temperatuur voor de
bestuurderszijde.
Aanjager
Stel het toerental van de aanjager
achterin met de aanjagertoetsen in.
Druk op de AUTO toets om naar de
auto modus terug te keren. In de
auto modus, wordt het
aanjagertoerental automatisch
geregeld. AUTO verschijnt op het
display.
128