Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Papier Is Geladen Maar De Foutmelding "Plaats Papier." Wordt Weergegeven; De Resultaten Van De Kleurafdruk Zijn Niet Goed; Afgedrukte Beelden Zijn Licht Of Vaag; De Papierranden Worden Vuil - Riso ComColor black FW Series Handleiding Voor Het Oplossen Van Problemen

Verberg thumbnails Zie ook voor ComColor black FW Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Papier is geladen maar de
foutmelding "Plaats papier." wordt
weergegeven.
De instellingen [Papierformaat] en [Papiertype]
in het scherm van het printerstuurprogramma
komen niet overeen met dezelfde instellingen
op het apparaat.
Zelfs wanneer papier is geplaatst, wordt de foutmelding
weergegeven als de instellingen [Papierformaat] en
[Papiertype] in het printerstuurprogramma niet
overeenkomen met de instellingen op het apparaat.
Configureer de instellingen voor papierformaat en
papiertype op het apparaat op dezelfde wijze als in het
printerstuurprogramma.
Scherm [Print]  selecteer de taak  [Instel.
wijzigen] in het submenu  [Papierselectie] 
[Papierlade-instelling]  [Papierformaat] of
[Papiertype]
[Auto. sel.] kan ingesteld zijn op [OFF] voor de
standaardlade of de papierladen.
Configureer [Papierlade-instelling] op het apparaat
dusdanig dat automatische selectie geactiveerd is voor
de standaardlade of de papierlade die u gebruikt.
Scherm [Print]  selecteer de taak  [Instel.
wijzigen] in het submenu  [Papierselectie] 
[Papierlade-instelling]  zet [Auto. sel.] op [ON]
De resultaten van de kleurafdruk zijn
niet goed.
U gebruikt mogelijk papier dat niet geschikt is
voor afdrukken.
Met het inkjetsysteem dat in dit apparaat wordt gebruikt,
kan de afdrukkwaliteit (vooral bij kleurenafdrukken)
afhankelijk zijn van het papiertype. Het apparaat
gebruikt tijdens het afdrukken voor elk papiertype de
best geschikte instelling van het kleurenprofiel. Als de
instelling voor [Papiertype] in het scherm van het
printerstuurprogramma niet overeenkomt met het
papiertype dat in het apparaat is geplaatst, kunnen de
volledige prestaties dus mogelijk niet worden verkregen.
Controleer de volgende onderdelen.
• Wanneer [Papiertype] is ingesteld op [Willekeurig] in
het scherm van het printerstuurprogramma,
selecteert u het papiertype dat daadwerkelijk wordt
gebruikt. Raadpleeg "Papiertype" in de
"Gebruikershandleiding" voor meer informatie.
• Controleer of het type van het papier dat in de
papierlade is geplaatst, overeenkomt met het
papiertype dat is ingesteld in [Papierlade-instelling].
Scherm [Print]  selecteer de taak  [Instel.
wijzigen] in het submenu  [Papierselectie] 
[Papierlade-instelling]  [Papiertype]

Afgedrukte beelden zijn licht of vaag.

De conceptfunctie is mogelijk ingesteld.
Als de conceptfunctie is ingesteld in het scherm van het
printerstuurprogramma, neemt de afdrukdichtheid af
omdat er minder inkt wordt gebruikt. Om de
afdrukdichtheid te verhogen, gaat u naar het tabblad
[Beeld] en stelt u [Beeldkwaliteit] in op [Standaard
(300x300dpi)].
De functie gegevenscompressie is mogelijk
ingesteld.
Als de functie gegevenscompressie is ingesteld in het
scherm van het printerstuurprogramma, neemt de
verwerkingssnelheid toe, maar worden minder
inktdruppels gebruikt, waardoor neutrale kleuren er
ongelijkmatig uitzien. Om de afdrukdichtheid te
verhogen, gaat u naar het tabblad [Beeld] en stelt u
[Beeldkwaliteit] in op [Standaard (300x300dpi)].

De papierranden worden vuil.

[Afdrukbaar gebied] is ingesteld op [Maximum]
in het beheerdermenu.
Sommige onderdelen in het apparaat bevatten inkt. Het
is aan te bevelen dat u de instelling [Standaard]
gebruikt, vooral in gevallen waar afdrukken vies worden
nadat er gegevens zijn afgedrukt die een beeld
bevatten dat tot aan de rand van het papier loopt. Neem
voor meer details contact op met uw beheerder.

Beelden zijn licht of donker.

Correctie kan vereist zijn voor gegevens zoals
fotografische beelden.
Selecteer het selectievakje [Gammacorrectie] op het
tabblad [Beeld] in het scherm van het
printerstuurprogramma. Klik op [Details] om de
helderheid en het contrast aan te passen in het scherm
[Gammacorrectie].
Dubbelzijdig afdrukken is niet
mogelijk met het papier dat in de
standaardlade is geplaatst.
Het papiertype voor de standaardlade kan
ingesteld zijn op [Envelop].
Wanneer de instelling [Dikte] bij [Papiertype] is ingesteld
op [Envelop], is dubbelzijdig afdrukken niet mogelijk met
papier uit de standaardlade, ongeacht het papiertype
dat is geplaatst. Configureer de instellingen
overeenkomstig het papier dat wordt gebruikt.
Scherm [Print]  selecteer de taak  [Instel.
wijzigen] in het submenu  [Papierselectie] 
[Papierlade-instelling]  [Paper Papiertype]  [Dikte]
ComColor FW serie Handleiding voor het oplossen van problemen
2
2-13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave