Er treedt een meervoudige invoerfout op
ondanks het feit dat er geen meervoudige
invoer werd uitgevoerd, of er treden vaak
meervoudige invoerfouten op.
U gebruikt mogelijk donker gekleurd papier of
papier dat een zijde bedrukt is.
Bij het gebruik van papier dat al op de achterkant is
bedrukt, of papier met een donkere basiskleur, is het
mogelijk dat het apparaat dit papiertype detecteert als
meerdere vellen. In dit geval dient [Ctrl2xinvoer] te
worden ingesteld op [OFF].
Voor afdrukken:
Scherm [Print] selecteer de taak [Instel.
wijzigen] in het submenu [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] zet [Ctrl2xinvoer] op [OFF]
Scherm [Opslag] - [Laden] / scherm [USB] - [Laden]
selecteer de map [Openen] selecteer het
document [Instel. wijzigen] in het submenu
[Papierselectie] [Papierlade-instelling] zet
[Ctrl2xinvoer] op [OFF]
Problemen oplossen voor het printerstuurprogramma en het afdrukken
Dit hoofdstuk beschrijft hoe problemen met het printerstuurprogramma en het afdrukken kunnen worden opgelost.
Er kan niet worden afgedrukt vanaf de
computer.
De instelling [On-/Offline] kan op [OFF] gezet zijn.
Controleer de instelling [On-/Offline] in het scherm [Print].
Als [OFF] wordt weergegeven, zet u de instelling op [ON].
Scherm [Print] stel [On-/Offline] in op [ON]
De taak kan een wachttaak zijn.
Taken met een PIN-code worden als wachttaken
beschouwd. De beheerder kan het apparaat dusdanig
hebben geconfigureerd, dat alle taken als wachttaken
worden behandeld.
Controleer of de taak wordt weergegeven in de
[Wachttaaklijst] op het scherm [Print].
Het apparaat kan bezig zijn met het afdrukken
van een andere taak.
• Niet-actieve taken worden van boven naar beneden
in de lijst op het scherm [Actief/t-act.] afgedrukt.
• Wanneer u de functie kopie onderbreken gebruikt,
heeft de kopieertaak voorrang op de taken die vanuit
het printerstuurprogramma werden verzonden.
Wordt de vervangmelding voor de inktcartridge
weergegeven?
U kunt niet afdrukken als het bericht aangeeft dat zelfs
één kleur moet worden vervangen. Vervang de
inktcartridge van de aangegeven kleur.
Voor kopiëren:
Scherm [Kopie] [Papierselectie] [Papierlade-
instelling] stel [Ctrl2xinvoer] in op [OFF]
Scherm [Opslag] - [Opslaan] selecteer de map
[Instel. wijzigen] [Papierselectie] [Papierlade-
instelling] zet [Ctrl2xinvoer] op [OFF]
Het papier wordt vuil. / De afdruk is
niet goed uitgelijnd.
Het papier kan te donker zijn om te worden bedrukt.
Wanneer op donker gekleurd papier wordt gedrukt,
kan het apparaat mogelijk het papierformaat niet
detecteren, wat resulteert in een slecht uitgelijnde
afdruk, beeldverlies of vuile papierranden. Het is aan
te bevelen papier met een lichte basiskleur te
gebruiken.
Kan niet goed afdrukken op papier
van afwijkend formaat.
Het papier met afwijkend formaat is mogelijk
niet geregistreerd.
Het papierformaat dient van tevoren te worden
geregistreerd met [Aangepast papierformaat] zowel op
het printerstuurprogramma als op het apparaat.
Eigenschappenscherm printerstuurprogramma
tabblad [Omgeving] [Aangepast papierformaat]
Het papierformaat moet vooraf door de beheerder op
het apparaat geregistreerd zijn in het beheerdermenu.
Neem contact op met uw beheerder.
[Handmat.] is mogelijk niet geselecteerd voor
[Papierformaat] in [Papierselectie] - [Papierlade-
instelling].
Om papier van afwijkend formaat te gebruiken zonder
dit papier als een papierformaat te registreren, voert u
het formaat van het papier in bij [Handmat.].
Scherm [Print] selecteer de taak [Instel.
wijzigen] in het submenu [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] [Papierformaat]
[Handmat.]
ComColor FW serie Handleiding voor het oplossen van problemen
2
2-11