Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Code

Beschrijving

810
Niet-plausibele signalen
van de wieltoerental-
sensor
820
Fout bij de leiding naar de
voorste wieltoerental-
sensor
821 ...
Niet-plausibele signalen
826
van de wieltoerental-
sensor op het voorwiel.
Mogelijk ontbreekt de
sensorschijf, is deze
defect of verkeerd
gemonteerd; groot
verschil in diameter
tussen voor- en achter-
wiel; extreme rijomstan-
digheden,
bv. rijden op het achter-
wiel
830
Fout in de bekabeling
naar de achterste wieltoe-
rentalsensor
831
Niet-plausibele signalen
833 ...
van de wieltoerental-
835
sensor op het achterwiel.
Mogelijk ontbreekt de
sensorschijf. Deze is
defect of verkeerd
gemonteerd; groot
verschil in diameter
tussen voor- en achter-
wiel; extreme rijomstan-
digheden,
bv. rijden op het achter-
wiel
840
Interne ABS-fout
850
Interne ABS-fout
860, 861 Fout in de voeding
870,
Communicatiefout
871,
880
883 ...
885
889
Interne ABS-fout
890
ABS-controlelampje is
defect of ontbreekt; ABS
mogelijk buiten werking
Geen
Interne fout van de boord-
weer-
computer
gave
Tabel 31: Lijst storingsmeldingen boordcomputer
MY22I0S - 56_1.0_11.10.2021
Oplossingsrichting
Neem contact op met de
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
1
Start het systeem opnieuw
op.
2
Voer een proefrit uit van ten
minste 2 minuten. Het ABS-
controlelampje moet
uitgaan.
3
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
1
Start het systeem opnieuw
op.
2
Voer een proefrit uit van ten
minste 2 minuten. Het ABS-
controlelampje moet
uitgaan.
3
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
1
Start het systeem opnieuw
op.
2
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
1
Start het systeem opnieuw
op.
2
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
Start het aandrijfsysteem
opnieuw op door dit uit en
weer in te schakelen.
6.3.2

Accu

De accu wordt door middel van "Electronic Cell
Protection" (ECP) beschermd tegen
diepontlading, overbelading, oververhitting en
kortsluiting. Zo nodig schakelt de accu
automatisch uit door middel van een
beveiligingsschakeling. Wanneer een defect van
de accu wordt gedetecteerd, knipperen de LED's
van de laadtoestandweergave (accu).
Beschrijving
Code:
Wanneer de accu zich buiten het
toegestane bereik voor de laadtem-
peratuur bevindt, knipperen drie
LED's van de laadtoestandweer-
gave.
Code:
Wanneer een defect van de accu
wordt gedetecteerd, knipperen twee
LED's van de laadtoestandweer-
gave.
Code:
Wanneer de oplader defect is en niet
oplaadt, knippert er geen enkele
LED. Afhankelijk van de laadtoe-
stand van de accu branden één of
meer LED's continu.
Code:
Wanneer er geen stroomt loopt,
knippert er geen enkele LED.
Tabel 32: Lijst storingsmeldingen accu
Gebruik
Oplossingsrichting
1
Ontkoppel de oplader van
de accu.
2
Laat de accu afkoelen.
3
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
Neem contact op met de
dealer.
1
Controleer alle connectoren.
2
Controleer de contacten van
de accu op vuil. Maak de
contacten zo nodig
voorzichtig schoon.
3
Blijft het probleem bestaan,
neem dan contact op met
dealer.
57

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

N3.8 zr f

Inhoudsopgave