7.5.9.1 Derailleur controleren
Bij speed pedelecs met derailleur wordt de ketting
door de derailleur gespannen.
1 Zet de speed pedelec op een standaard.
2 Controleer of de ketting doorhangt.
3 Controleer of de derailleur met een lichte druk
naar voren kan worden bewogen en vanzelf
weer terugveert.
Hangt de ketting door of veert de derailleur niet
vanzelf terug, neem dan contact op met de
dealer.
7.5.9.2 Versnellingsnaaf controleren
Bij speed pedelecs met versnellingsnaaf of
terugtraprem wordt de ketting resp. de riem
gespannen via een excenter of verschuifbaar
uitvaleinde in het traplager. Voor het spannen is
speciaal gereedschap en vakkennis vereist.
Neem contact op met de dealer.
Verwijder bij speed pedelecs met kettingkast de
kettingkast.
1 Zet de speed pedelec op een standaard.
2 Controleer de ketting- resp. riemspanning over
een complete slag van het crankstel op drie tot
vier plaatsen.
Afbeelding 89: Kettingspanning controleren
Wanneer de ketting resp. de riem meer dan
2 cm kan worden ingedrukt, moet de ketting
resp. de riem strakker worden gespannen.
Neem contact op met de dealer.
Wanneer de ketting resp. de riem minder dan
1 cm omhoog of omlaag kan worden gedrukt,
moet de ketting resp. de riem losser worden
gespannen. Neem contact op met de dealer.
MY22I0S - 56_1.0_11.10.2021
De optimale ketting- resp. riemspanning is
bereikt, wanneer de ketting midden tussen
achtertandwiel en kettingblad maximaal 10 tot
15 mm kan worden ingedrukt. Het crankstel
moet bovendien zonder weerstand kunnen
draaien.
7.5.10 Versnelling controleren
1 Controleer of alle onderdelen van de
versnelling vrij zijn van beschadigingen.
2 Zijn onderdelen beschadigd, neem dan contact
op met de dealer.
3 Zet de speed pedelec op een standaard.
4 Draai de crank rechtsom.
5 Schakel de versnellingen over.
6 Controleer of alle versnellingen zonder
ongewone geluiden worden geschakeld.
7 Worden de versnellingen niet correct
geschakeld, stel dan de versnelling af.
7.5.10.1 Elektrische versnelling
1 Controleer de kabelaansluitingen op
beschadigingen en corrosie en of ze goed vast
zitten.
Zijn kabelaansluitingen beschadigd,
gecorrodeerd of zitten ze niet goed vast, neem
dan contact op met de dealer.
7.5.10.2 Mechanische versnelling
1 Schakel meerder keren over. Controleer
daarbij of de bowdenkabels ergens blijven
hangen of dat er schurende geluiden optreden.
2 Controleer visueel de mechanische toestand
van de bowdenkabels op beschadigingen en of
er strengen van de kabels gebroken zijn.
Laat gebrekkige bowdenkabels vervangen.
Neem contact op met de dealer.
Reinigen en onderhouden
117