4
Veiligheid
In dit hoofdstuk vindt u informatie voor het veilige gebruik van de wiellader
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
4.1
In deze paragraaf vindt u informatie over de plichten van de exploitant van de wiel-
lader.
4.1.1
Gebruik in geen geval onderdelen en toebehoren die niet door de fabrikant zijn gele-
verd, getest en goedgekeurd. De inbouw en het gebruik van dergelijke producten kan
onder omstandigheden de constructieve voorgeschreven eigenschappen van uw wiel-
lader in negatieve zin veranderen. Zo kan eventueel de actief en passieve rijveiligheid
worden beïnvloed. Voor schade die het gevolg is van het gebruik van niet-originele
onderdelen en toebehoren, is de fabrikant niet aansprakelijk.
4.1.2
Tot de zorgplicht van de exploitant behoort het plannen van veiligheidsmaatregelen en
het controleren van de uitvoering ervan. Volg de basisprincipes in de paragraaf „Wiel-
lader storingsvrij gebruiken" (Pagina 24)
AZ 150f Originele bedieningshandleiding 27-4-2016 5400936 0 SERIE NL
Plichten van de exploitant (pagina 23)
Veiligheid tijdens het bedrijf (pagina 25)
Instructies voor milieubescherming (pagina 31)
Resterende gevaren (pagina 31)
Aanvullende voorschriften (pagina 33)
Kwalificatie van het personeel (pagina 33)
Veiligheidsvoorzieningen (pagina 35)
Zones (pagina 39)
Instructies voor eerste hulp (pagina 40)
Gedrag in geval van brand (pagina 40)
Plichten van de exploitant
Organisatorische maatregelen
Veiligheidsmaatregelen plannen en controleren
Plichten van de exploitant
Veiligheid
23