• Als enveloppen tijdens het afdrukken verkreukelen, plaatst u de enveloppen in omgekeerde
richting en draait u het afdrukobject 180 graden met behulp van het printerstuurprogramma
voordat u afdrukt. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor verdere informatie.
De papiersoort en het papierformaat opgeven met Smart Organizing Monitor
De procedure in dit onderdeel is een voorbeeld en is gebaseerd op Windows 7. De werkelijke
procedure kan afwijken afhankelijk van het door u gebruikte besturingssysteem.
De papiersoort en het papierformaat opgeven
1.
Klik in het [Start]-menu op [Alle programma's].
2.
Klik op [Smart Organizing Monitor].
3.
Klik op [Smart Organizing Monitor Status].
4.
Als het apparaat dat u gebruikt niet is geselecteerd, klik dan op [Connect printer] en
selecteer vervolgens het apparaatmodel.
5.
Klik op [OK].
6.
Klik op [Printerconfiguratie] op het tabblad [Gebr.tools].
Als u wordt gevraagd een toegangscode in te voeren, voert u de toegangscode in en klikt u op
[OK].
7.
Selecteer de papiersoort en het papierformaat en klik op [OK].
8.
Klik op [Sluiten].
Een aangepast papierformaat opgeven
1.
Klik in het [Start]-menu op [Alle programma's].
2.
Klik op [Smart Organizing Monitor].
3.
Klik op [Smart Organizing Monitor Status].
4.
Als het apparaat dat u gebruikt niet is geselecteerd, klik dan op [Connect printer] en
selecteer vervolgens het apparaatmodel.
5.
Klik op [OK].
6.
Klik op [Printerconfiguratie] op het tabblad [Gebr.tools].
Als u wordt gevraagd een toegangscode in te voeren, voert u de toegangscode in en klikt u op
[OK].
7.
Selecteer op het tabblad [Papierinvoer] in de lijst [Papierformaat] de optie [Aangepast
papierformaat].
Papier plaatsen
37