Menu voor opnemen
(Lichtmeetfun.): De lichtmeetfunctie gebruiken
Met deze instelling kunt u de lichtmeetfunctie kiezen die bepaalt welk deel van het onderwerp
wordt gemeten voor de berekening van de belichting.
Multi (Lichtmeting met
meerdere patronen)
Midden (Lichtmeting met
nadruk op het midden) (
Punt (Puntlichtmeting)
(
)
• Voor meer informatie over de belichting, zie blz. 9.
• Bij gebruik van puntlichtmeting of lichtmeting met nadruk op het midden, adviseren wij u 9
(Scherpstellen) in te stellen op [Midden-AF] om scherp te stellen op de plaats van de lichtmeting (blz. 33).
WB (Witbalans): De kleurtinten instellen
Met deze instelling kunt u de kleurtinten compenseren aan de hand van de
lichtomstandigheden tijdens het opnemen, bijvoorbeeld wanneer de kleuren van het beeld
vreemd lijken.
Autom.
Daglicht (
48
Hiermee wordt het beeld onderverdeeld in meerdere delen en
wordt op ieder deel een lichtmeting uitgevoerd. De camera
berekent een uitgebalanceerde belichting.
Hiermee wordt het midden van het beeld gebruikt voor de
)
lichtmeting en wordt de belichting berekend aan de hand van
de helderheid van dat deel van het onderwerp.
Hiermee wordt slechts een deel van het onderwerp gebruikt
voor de lichtmeting.
• Deze functie is handig wanneer het onderwerp van achteren
wordt belicht of wanneer er een sterk contrast is tussen het
onderwerp en de achtergrond.
Hiermee wordt automatisch gecompenseerd en de witbalans
automatisch ingesteld.
)
Hiermee wordt gecompenseerd voor het buitenshuis opnemen
van nachtscènes, neonreclame, vuurwerk of zonsopkomst, of
voor omstandigheden voor of na zonsondergang.
Voor informatie over de bediening
Dradenkruis van de
puntlichtmeting
Plaats dit op het onderwerp
1 blz. 44