Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Niet-Metalen Leidingen Traceren : Signaalhaspel - C.Scope CXL3 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Niet-metalen leidingen traceren : Signaalhaspel

Uiteinde traceren
Het is mogelijk om alleen het uiteinde van de
signaalhaspel, van een van de Signaalgenerator
afkomstig signaal, te voorzien. De eigenschappen
komen overeen met die van de sonde en bieden
een betrouwbare manier van pinpointen.
Leidingen en rioleringen kunnen tot een
diepte van 4 meter worden getraceerd.
het signaal van de Signaalgenerator wordt
toegevoerd door de rode aansluitkabel op één
van de aansluitpunten van de Signaalgenerator
aan te sluiten en de zwarte draad op het andere
aansluitpunt. Op het moment dat de tweede
aansluiting wordt gemaakt, verandert de toon
van de Signaalgenerator, wat aangeeft dat
er een goede verbinding is gemaakt.
Het uiteinde van de signaalhaspel kan nu worden gepinpoint
door de Kabeldetector in lijn te houden met de kabel.
WAARSCHUWING Het kan nodig zijn toestemming te verkrijgen om gebruik te maken van signaalhaspels in sommige
leidingen of rioleringen.
OPMERKING Om zeker te zijn dat een detecteerbaar signaal op de kabel aanwezig is, is het belangrijk dat een verandering
in toon te horen is als de signaalhaspel wordt aangesloten.
OPMERKING Het detecteren van het uiteinde is de ideale methode om te bepalen waar het uiteinde van een pijpleiding
zich bevindt, maar geeft niet de loop van de pijpleiding aan.
OPMERKING Het detecteren van het uiteinde kan niet worden toegepast in een metalen leiding of riolering.
34
'spook'-
hoofdsignaal
'spook'-
signaal
signaal

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Dxl3Sga3

Inhoudsopgave