Gebruik van de Signaalgenerator : Signaaltang
Signaaltang
1. Sluit de signaaltang aan op het aansluitpunt van de Signaalgenerator.
2. Schakel de Signaalgenerator in.
3. Controleer of de uiteinden van de signaaltang schoon zijn. Plaats
de signaaltang rondom de kabel, waarbij de klemmen volledig moeten
kunnen sluiten. De toon van het geluidssignaal van de Signaalgenerator
zou moeten dalen, ter indicatie dat de klemmen goed gesloten zijn.
WAARSCHUWING Probeer NOOIT de signaaltang op elektriciteitskabels waaraan gewerkt wordt, aan te sluiten. Deze
zouden niet geïsoleerd of onbeveiligd kunnen zijn.
OPMERKING De signaaltang kan geen signaal overbrengen op kabels die niet aan beide zijden geaard zijn, zoals een
kabel die niet in gebruik is, doorgeknipt is en boven de grond uitsteekt, of dunne kabels die bedoeld zijn om niet-
geaarde apparatuur op aan te sluiten.
19