Draadloze instellingen wijzigen na de installatie
U wijzigt als volgt draadloze instellingen van de printer, zoals het geconfigureerde netwerk en de beveiligingssleutel:
Voor Windows-gebruikers
1
Klik op
of Start.
2
Klik op Alle programma's of Programma's en selecteer de programmamap van de printer in de lijst.
3
Ga naar:
Printerstartpagina > selecteer de printer > tabblad Instellingen > Wireless Setup Utility
4
Volg de aanwijzingen op het scherm.
Voor Macintosh-gebruikers
1
Blader in de Finder naar:
Programma's > selecteer de printermap
2
Dubbelklik op Assistent voor draadloze configuratie.
3
Volg de aanwijzingen op het scherm.
Geavanceerde draadloze installatie
Draadloos ad-hocnetwerk instellen
U kunt een ad-hocnetwerk instellen als u:
•
Geen toegangspunt of draadloze router hebt
•
Geen draadloos netwerk hebt (maar wel een draadloze netwerkadapter voor uw computer hebt)
•
Een zelfstandig netwerk wilt instellen tussen de printer en de computer met een draadloze netwerkadapter.
Opmerkingen:
•
Controleer voor u begint of de draadloze netwerkadapter correct is aangesloten op de computer en of de adapter
werkt.
•
U kunt het beste uw draadloze netwerk instellen met een toegangspunt (draadloze router). Deze
netwerkconfiguratie wordt een infrastructuurnetwerk genoemd.
•
Als uw computer beschikt over MyWi-Fi of Wi-Fi Direct, kunt u rechtstreekse verbindingen met uw draadloze
printer instellen. Raadpleeg de documentatie bij de computer voor meer informatie.
•
De printer kan niet met meerdere draadloze netwerken tegelijk communiceren. Als u de printer configureert
voor een ad-hoc draadloos netwerk kan deze niet functioneren op andere draadloze netwerken. Dit geld voor
zowel ad-hoc- als infrastructuurnetwerken.
In Windows Vista of later
1
Klik op
> Configuratiescherm > Netwerk en internet > Netwerkcentrum.
2
Klik op Verbinding of netwerk instellen > Een ad-hoc (computer-naar-computer) netwerk instellen >
Volgende.
Netwerk
108