Meetwaterbord EASYPRO COMPACT
8.5 Hydraulisch systeem installeren
Verkeerde meetresultaten door hydraulisch systeem
Als de hydraulische leidingen verkeerd zijn geïnstalleerd, kunnen de
meetresultaten onjuist zijn. Daardoor kan het voorkomen dat de
aangesloten installaties of regelstations onjuist worden gestuurd.
ð
Neem alle voorschriften uit de handleiding voor het installeren van
het meetwaterbord en aangesloten apparaat en in acht.
ð
Gebruik alleen slangverbindingen van polyetheen (PE) met een
diameter van zes of acht millimeter.
ð
Voorkom dat het meetwater op weg naar het meetwaterbord
verkeerd wordt gemeten door het meetwater dertig centimeter
boven de bodem van de bak of in het midden van een waterleiding
af te tappen. Het afgetapte meetwater moet het meetwaterbord
binnen korte tijd bereiken en daarbij een druk van minimaal 0,3
bar hebben.
ð
Als het afgetapte of toegevoerde meetwater niet aan deze eisen
voldoet, moet een externe meetwaterpomp vóór het meetwater-
bord worden geïnstalleerd.
ð
Als u verwacht dat er grove vuildeeltjes (bijvoorbeeld bladeren of
grove zwevende deeltjes) in het meetwater komen, moet u een
extern voorfilter gebruiken. U beschermt het meetwaterbord zo
tegen verstoppingen.
Handelingsacties:
ü
De wandmontage en de installatie van het elektrisch systeem zijn af-
gerond.
Voer de volgende stappen uit:
1. Verbind de plaats waar het water kan worden afgetapt met de toe-
voerkraan (Afb. 1 „Meetwaterbord EASYPRO COMPACT" op pagina
8, Pos. 8) door de slang op de toevoerkraan aan te sluiten.
2. Verbind de retourslang met de afvoerslang (Afb. 1 „Meetwaterbord
EASYPRO COMPACT" op pagina 8, Pos. 4) door de slang op de af-
voerkraan aan te sluiten.
ü
Het hydraulische systeem van het meetwaterbord is geïnstal-
leerd.
Installatie
20
AANWIJZING
8.6 Sensoren aansluiten
Levensgevaar door stroomschokken!
Onderdelen die onder spanning staan, kunnen tot de dood leiden.
ð
Ontkoppel de externe stroomvoorziening voordat u het meetwa-
terbord of deTOPAX
®
ð
Beveilig het bord tegen opnieuw inschakelen.
Het apparaat kan van maximaal vier ingangsmodules worden voorzien.
Met elke module kan een waterparameter en ook de temperatuur worden
gemeten.
Handelingsacties:
ü
De voeding is onderbroken en beveiligd tegen opnieuw inschakelen.
ü
De behuizing is geopend.
Benodigde bedrijfsmiddelen:
@
Sensoren
Aansluitkabel
@
Voer de volgende stappen uit:
1. Haal de kabel door een van de kabelwartels aan de onderkant in de
behuizing.
2. Sluit de aders op het klemmenblok van de ingangsmodule aan. Neem
daarbij de klemmenschema's in de volgende hoofdstukken in acht.
ü
De sensoren zijn aangesloten.
Verkeerde meetresultaten door elektrisch systeem
Als de elektrische leidingen verkeerd zijn geïnstalleerd, kunnen de
meetresultaten onjuist zijn. Daardoor kan het voorkomen dat de
aangesloten apparaten niet goed worden aangestuurd.
ð
Leg de aansluitkabel niet evenwijdig aan net- en stuurverbindin-
gen en houdt altijd minimaal vijftien centimeter afstand. Leg
snijpunten van verbindingen in een hoek van negentig graden.
BA-42840-05-V05
Bedieningsvoorschrift
GEVAAR
MC-regelaar opent.
AANWIJZING
© Lutz-Jesco GmbH 2022