Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Rookgasafvoersystemen - REMEHA EF pro 35/230 Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4. Installatie

4.19 Rookgasafvoersystemen

26
Remeha hoog rendement gasboiler
De Remeha EF pro-boiler is een direct gestookte gasboiler met een
gesloten verbrandingssysteem, wat betekent dat de verbrandingslucht
van buiten wordt aangevoerd en de rookgassen naar buiten worden
afgevoerd. Het rookgasafvoersysteem bestaat uit een enkele
concentrische buis (buis in buis) waarin de rookgassen worden
afgevoerd via de binnenste buis en de verbrandingslucht wordt
toegevoerd via de omringende ruimte die wordt gevormd door
buitenste en de binnenste buis. Het rookgasafvoersysteem omvat
zowel de verbrandingsluchttoevoer als de rookgasfvoer. Het deel
van het rookgasafvoersysteem dat zich uitpandig bevindt, en de
verbrandingslucht aanvoert en de rookgassen naar buiten afvoert
(terwijl ze van elkaar gescheiden worden gehouden), wordt de dak- of
geveldoorvoer genoemd.
Waarschuwing
Het rookgasvoersysteem moet op een correcte wijze worden
geïnstalleerd. Onjuiste installatie kan leiden tot beschadiging
van eigendommen of persoonlijk letsel. Maak GEEN gebruik
van beschadigde of defecte onderdelen. Neem contact op
met Remeha voor vervangende onderdelen. De toevoer van
verbrandingslucht en afvoer van rookgassen mogen niet worden
beperkt of geblokkeerd. Zorg ervoor, dat de openingen van de dak-
of geveldoorvoer worden vrijgehouden van voorwerpen die deze
toe- en afvoer zouden kunnen beperken.
Uitmonding van de dak- of geveldoorvoer
De geveldoorvoer moet tenminste 1,5m boven elke andere
luchttoevoeropening in dezelfde gevel uitmonden.
De afstand tussen de dak- of geveldoorvoer en elke willekeurige
luchtopening in het gebouw moet tenminste 300mm bedragen.
De onderzijde van de geveldoorvoer moet tenminste 300 mm boven de
grond zijn.
Aan de locatie van uitmonding van de dak- of geveldoorvoer moet
aandacht worden besteed. De locatie van uitmonding van de dak- of
geveldoorvoer moet zodanig zijn, dat er geen hinder wordt ondervonden
van de rookgassen. Ook moet aandacht worden besteed aan geluid dat
door de dak- of geveldoorvoer kan worden geproduceerd. In alle gevallen
moet worden voldaan aan de voorschriften als beschreven in paragraaf
3.1 "Installatievoorschriften".
7653532-PM - v.02 - 20122017

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave