1
Plaatsing van de bedieningsorganen
1 Snelheidsregeling voor het vooruit rijden
2 Snelheidsregeling voor het achteruit rijden
3 Hefstang voor het maaielement
4 Hendel voor instelling van maaihoogte
5 Ontstekingsslot
6 Gashendel/chokehendel
7 Motorkapslot
8 Handrem
8 –
Dutch
WAT IS WAT?
2
3
10
8
9
4
5
6
11
12
9 Vergrendelknop voor handrem
10 Instelling van zitting.
11 Hendel voor uitschakelen aandrijving van vooras, 216
AWD
12 Deksel brandstoftank
13 Accu
14 Hendel voor uitschakelen aandrijving, 213 C en 216
Hendel voor uitschakelen aandrijving van achteras, 216
AWD
7
13
14