Na een isolatietest moet het instrument aangesloten blijven tot het circuit is ontladen naar een veilige spanning.
Het instrument mag niet worden gebruikt indien een onderdeel ervan is beschadigd of als de afdekking van de
aansluitklemmen ontbreekt.
Alle meetsnoeren, sondes en krokodilklemmen moeten in goede staat verkeren, schoon zijn en mogen geen
scheuren of breuken vertonen in de isolatie. Controleer of de meetsnoeren onbeschadigd en compleet zijn
voordat u het instrument gebruikt. Alleen door Megger goedgekeurde meetsnoeren mogen in combinatie met
dit product worden gebruikt.
De veilige maximale limiet van een meetaansluiting is die van de laagst gespecificeerde component in het
meetcircuit gevormd door het instrument, meetsnoeren en andere accessoires.
Houd uw handen achter de vingerbeschermers van de sondes/klemmen tijdens het testen.
Vervangende zekeringen moeten van het juiste type en ampèrage zijn. Als u geen zekering van het
juiste ampèrage plaatst, resulteert dit in brand of een brandgevaarlijke situatie en raakt het instrument bij
overbelasting beschadigd.
Alle afdekkingen moeten zijn aangebracht wanneer een test wordt uitgevoerd.
Dit product is niet intrinsiek veilig. Niet in een explosiegevaarlijke atmosfeer gebruiken.
Controleer of elke cel in het batterijvak van hetzelfde type is. Gebruik nooit oplaadbare en niet-oplaadbare
batterijen door elkaar.
1.2.1 Veiligheidswaarschuwing voor meetsnoeren
Het circuit dat wordt getest, moet uitgeschakeld, spanningsloos en geïsoleerd zijn en op veiligheid zijn
gecontroleerd voordat de aansluitingen voor de isolatietest tot stand worden gebracht. Zorg ervoor dat het
circuit niet opnieuw onder spanning wordt gezet terwijl het instrument is aangesloten.
Meetsnoeren, inclusief krokodilklemmen, moeten in goede staat verkeren, schoon en droog zijn en mogen
geen breuken of scheuren vertonen in de isolatie. De snoerenset of componenten daarvan mogen niet worden
gebruikt als een onderdeel ervan beschadigd is.
De veilige maximale limiet van een meetaansluiting is die van de laagst gespecificeerde component in het
meetcircuit gevormd door het instrument, meetsnoeren en andere accessoires.
De sondetip en de beschermende ring van het CAT III 600 V thermokoppel zijn geleidend. Wees voorzichtig bij
het gebruik van de sonde in spanningvoerende systemen, opdat er geen kortsluiting ontstaat met nabijliggende
geleiders.
1.3
Productveiligheidscategorie - Meetaansluiting
Alleen door Megger geleverde meetsnoeren die ontworpen zijn voor dit instrument hebben de volledige
veiligheidsclassificatie.
1.3.1 Spanning
De nominale spanning van de meetaansluiting is de maximale fase-aardespanning waarbij aansluiting nog veilig is.
1.3.2 CAT IV
Meetcategorie IV: apparatuur aangesloten tussen de oorsprong van de laagspanningsnetvoeding en het
distributiepaneel.
1.3.3 CAT III
Meetcategorie III: apparatuur aangesloten tussen het distributiepaneel en de stopcontacten.
1.3.4 CAT II
Meetcategorie II: apparatuur aangesloten tussen de stopcontacten en de apparatuur van de gebruiker.
Meetapparatuur kan veilig worden aangesloten op circuits met de aangegeven.
www.megger.com
Veiligheid
MTR105
3