Deurafscherming met nieuwe afmetingen
8.2.2 EC-ventilator
Alle EC-ventilatoren hebben een geïntegreerde overbelastingsbeveiliging,
een voorgeschakelde motorbeveiliging is niet nodig.
In de motoraansluitdoos bevindt zich een potentiaalvrij onderbrekingscon-
tact 250 V/2 A als storingscontact op klemmen. Hiermee wordt een sto-
ringsmelding van de ventilator of spanningsuitval gemeld.
8.3 Elektrische aansluiting
Er kan schade ontstaan als ongeschikte schakelinrichtingen worden gebruikt
en bij het gebruik van ongeschikte beveiligingsinrichtingen. De fabrikant
wijst in deze gevallen elke garantie af.
De elektrische aansluiting is alleen toegestaan in installaties met een alpolig
schakelende netscheider met een contactopening van minimaal 3 mm!
8.3.1 AC-draaistroommotor
De driefasige buitenrotormotor kan naar 2 fasen worden geschakeld met
een 2-fasige draaistroomschakelaar (Y/Δ-schakeling). Met een 5-traps
draaistroomregeling of KaControl-regelelektronica voor circulatielucht AC
type 3231200, kan de motor naar 5 stappen in een van de twee circuits (Y
of Δ) worden geschakeld door de spanning te verlagen.
Schakelstap 1
Schakelstap 2
De ventilatoren draaien tegen de klok in!
Let op! Het gebruik van deze eenheid op frequentieregelaars is alleen toe-
gestaan als de frequentieregelaar is uitgerust met effectieve alpolige sinus-
filters. Ontbrekende sinusfilters kunnen leiden tot thermische schade aan de
ventilatormotor. In dit geval wijst de fabrikant elke garantie af.
Parallelle aansluiting driefasige stroom
• Parallelle aansluiting van meerdere ProtecTors, ook van verschillende
grootte, op één trapschakelaar is mogelijk indien de schakelcapaciteit van
de trapschakelaar niet wordt overschreden.
• De thermocontacten van alle ProtecTor moeten in serie worden gescha-
keld.
• Bij het aansluiten van meerdere ProtecTors op één trapschakelaar, advise-
ren wij het gebruik van tussenklemmenkasten.
ProtecTor
Installatie- en gebruikshandleiding
Sterverbinding
Deltaverbinding
2.55
25