Inhoudsopgave
Advertenties
Multiprojectie
g
Druk op de knoppen[
Om door te gaan en een ander punt te verplaatsen drukt u op de
knop [Esc]. U keert terug naar stap 6 en kunt vervolgens de stappen
6 en 7 herhalen.
Om een andere grenslijn aan te passen, houdt u de [Esc]-knop
ingedrukt totdat het scherm voor het selecteren van een grenslijn van
stap 3 wordt getoond.
a
Als u Zwartniveau wilt terugzetten op de standaardwaarde,
drukt u op [Esc] om terug te keren naar het scherm van stap 1.
Vervolgens selecteert u [Resetten] en drukt u op de knop
[
].
h
Wanneer de aanpassing is voltooid, drukt u op de knop [Menu].
Schermafstemming
Pas de tint en helderheid aan voor meerdere projectoren.
Wanneer projectoren worden verbonden met een netwerk, worden de tint
en helderheid voor meerdere projectoren automatisch aangepast op basis
van de donkerste projector.
Wanneer projectoren niet verbonden zijn met een netwerk, of als de
automatische aanpassing niet werkt, kunt u de tint en helderheid handmatig
aanpassen voor alle projectoren.
][
][ ][ ]om naar dat punt te gaan.
a
• Wij raden u aan de Schermafstemming 30 minuten na het
inschakelen van de projector of het annuleren van de sluiterfunctie,
uit te voeren.
• Om de nauwkeurigheid van de aanpassingen te verhogen, raden wij
aan de ruimte te verduisteren tijdens het projecteren van beelden en
daarna aanpassingen aan te brengen.
• Voer het volgende uit op de hoofdprojector voordat u de
aanpassingen start.
- Stel Kleurmodus in op Multiprojectie.
- Laat de ontspanknop los.
- Pas zoals nodig de volgende items aan in het menu Beeld.
Helderheid, Contrast, Kleurverzadiging, Tint, Witbalans, Geavanceerd
s "Menu Beeld"
pag.140
- Stel de helderheid van het geprojecteerde beeld in.
s "De helderheid instellen"
• Wanneer er grote verschillen zijn in de helderheid voor elke
projector door oudere lichtbronnen, voert u Schermafstemming
opnieuw uit.
• Raadpleeg het volgende als Schermafstemming niet correct werkt.
s "Automatische aanpassingen zijn niet correct uitgevoerd"
pag.200
Gebruiksvoorwaarden voor automatische aanpassingsfuncties
De automatische aanpassingsfuncties voor Schermafstemming worden
ingeschakeld wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan.
• Het schermoppervlak is vlak en niet scheef of krom
• Een mat wit diffusiescherm gebruiken
• De projectiegrootte is 100 tot 300 inch
• Het geprojecteerde beeld na het delen is rechthoekig
• Er zijn geen openingen tussen de geprojecteerde beelden (of een van de
afbeeldingen overlappen)
• De projector is parallel aan het projectie-oppervlak opgesteld
pag.77
97
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
