ISchakelaars
(ON = 1 ; OFF = 0)
1
2
3
1
1
0
0
2
0
1
0
3
1
1
0
4
0
0
1
5
1
0
1
6
0
1
1
7
1
1
1
8
0
0
0
9
1
0
0
10
0
1
0
11
1
1
0
12
0
0
1
13
1
0
1
14
0
1
1
15
1
1
1
16
0
0
0
Tabel 5: Adresseringstabel (adres in functie van de positie van de schakelaars).
Opmerkingen:
■
Het fysiek adres van een module (1 tot 32) dient identiek te zijn aan het
adres aangegeven via het configuratieprogramma COM 43 in de centrale.
■
Bij de vervanging van een module, dienen alle configuratieschakelaars van
de nieuwe module in dezelfde configuratie als deze van de oude module
worden geplaatst.
■
De schakelaars 6 (
FRAME FILLING / FRAME- OPVULLING
worden gezet en 7 (
DELAY / GESPECIFICEERDE TIJD
gezet.
■
Een module van analoge ingangen neemt systematisch 8 adressen
Weerstand van het einde van de lijn
Enkel voor de laatste module van elke
lijn, de schakelaar van nr. 8 (
RESISTOR/WEERSTAND E.L
ON zetten of de schakelaar van de
analoge ingangkaart op Closed zetten.
4
5
1
0
0
17
1
0
0
18
0
0
0
19
1
0
0
20
0
0
0
21
1
0
0
22
0
0
0
23
1
1
0
24
0
1
0
25
1
1
0
26
0
1
0
27
1
1
0
28
0
1
0
29
1
1
0
30
0
1
0
31
1
0
1
32
0
EOL
) op de stand
Afbeelding 18: weerstandsschakelaar
van het einde van de lijn in stand
"ON".
2
3
4
5
0
0
0
1
1
0
0
1
1
0
0
1
0
1
0
1
0
1
0
1
1
1
0
1
1
1
0
1
0
0
1
1
0
0
1
1
1
0
1
1
1
0
1
1
0
1
1
1
0
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
0
0
0
0
) dienen op OFF
) dienen op ON worden
5 - Digitale modules
27