Het kanaaluitgangsvolume instellen
1 Verplaats de kanaalfader om het volume voor het
uitgangsgeluid in te stellen.
2 Tik op
op het informatiedisplay van het mengpaneel.
3 Selecteer de uitgangsbestemming van het kanaal in de
instelling van de [CROSSFADER ASSIGN (A, THRU, B)]-
keuzeschakelaar.
4 Verplaats de crossfader om de volumebalans van de twee
kanalen in te stellen.
• U hoeft de crossfader niet in te stellen wanneer [CROSSFADER ASSIGN (A, THRU,
B)] op [THRU] is ingesteld.
Het mastergeluidsvolume instellen
1 Draai aan de MASTER-niveauknop om het volume voor het
mastergeluid in te stellen.
De masterniveau-indicator brandt als het mastergeluid wordt uitgevoerd.
Het geluid instellen
1 Draai aan de EQ/ISO (HI, MID, LOW)-knoppen om het volume
van elke band in te stellen.
• U kunt de functie (equalizer of isolator) die met de EQ/ISO (HI, MID, LOW)-knoppen moet
worden afgesteld instellen in [EQ/ISO] in de Utility-instellingen of op het [SHORTCUT]-
scherm (pagina's 129, 140).
Audio-uitgang
98