• De Bluetooth indicator knippert terwijl het toestel in de koppelstand is (ongeveer 2
minuten).
5 Voer de koppelprocedure uit op het Bluetooth apparaat.
6 Sta de verbinding toe op het toestel.
De Bluetooth indicator op het toestel stopt met knipperen en brandt wanneer de
verbinding gemaakt is.
• Voer de koppelprocedure op het Bluetooth apparaat uit terwijl het toestel zich in de
koppelstand bevindt. Als het toestel de koppeling met een Bluetooth apparaat niet
binnen 2 minuten kan uitvoeren, wordt de Bluetooth indicator grijs.
• Voor details over de koppelprocedure voor het Bluetooth apparaat, raadpleeg de
gebruikershandleiding van het apparaat.
• Als u een Bluetooth apparaat gebruikt dat op het toestel is geregistreerd, maakt het
toestel automatisch verbinding met het apparaat wanneer Bluetooth wordt
ingeschakeld.
• Het toestel kan met slechts één Bluetooth apparaat tegelijkertijd worden verbonden.
Als het toestel met een tweede apparaat wordt gekoppeld, gaat de registratie van het
eerste apparaat verloren. Als u het eerste apparaat weer wilt registreren, moet u dat
apparaat weer koppelen.
• Tik op
om verbinding te maken met een ander Bluetooth apparaat dan het
geregistreerde.
137
Instellingen