15. Wi-Fi/Bluetooth – De camera met een smartphone bedienen
Bedieningsmethode tijdens remote opnames
Stel de camera of de smartphone in als bedieningsapparaat dat de
prioriteit heeft en tijdens de remote opname gebruikt moet worden.
[
]
apparaat op afstand]
[Camera]
[Smartphone]
•
De standaardinstelling is [Camera].
•
De instelling van deze functie kan niet veranderd worden als de verbinding actief
is.
[
]
[Wi-Fi]
De bediening is mogelijk op zowel de camera als de
smartphone.
•
De instellingen van de functieknop van de camera, enz.
kunnen niet veranderd worden met de smartphone
De bediening is alleen op de smartphone mogelijk.
•
De instellingen van de functieknop van de camera, enz.
kunnen veranderd worden met de smartphone.
•
Om de remote opname te beëindigen, drukt u op de
camera op ongeacht welke knop om naar het scherm
terug te keren en selecteert u [Exit].
[Wi-Fi setup]
633
Selecteer [Prioriteit van