Recontaminatie
Controle op pro-
teïneresten
Controleer de volgende punten voordat u een programma start
(visuele controle):
- Is het spoelgoed correct geplaatst en aangesloten?
- Zijn de beladingsvoorschriften nageleefd?
- Zijn de lumina/kanalen van holle voorwerpen goed toegankelijk
voor het water?
- Zijn de sproeiarmen schoon en kunnen ze vrij roteren?
- Is de zeefcombinatie schoon?
Verwijder eventuele grove verontreinigingen of reinig de zeefcombi-
natie.
- Zijn de uitneembare modules, inspuiters, spoelhulzen en andere
spoelsystemen goed vergrendeld?
- Zijn de rekken en modules c.q. is de wagen goed op de watertoe-
voer aangesloten en zijn de aansluitingen onbeschadigd?
- Zijn de reservoirs met proceschemicaliën voldoende gevuld?
Controleer na elk programma-einde de volgende punten:
- Controleer het reinigingsresultaat visueel.
- Bevindt zich al het holle spoelgoed nog op de betreffende inspui-
ters?
Spoelgoed dat tijdens de behandeling van de spoelsystemen is
losgeraakt, moet opnieuw worden behandeld.
- Zijn de lumina van het holle spoelgoed goed doorlatend?
- Zijn de inspuiters en aansluitingen goed verbonden met de wagen,
het rek of de module?
Tref geschikte maatregelen om te voorkomen dat behandeld spoel-
goed opnieuw gecontamineerd raakt:
Draag bij het leeghalen schone handschoenen!
Haal al het spoelgoed uit het beladingssysteem, voordat u het op-
nieuw belaadt.
Het reinigingsresultaat moet steekproefsgewijs (bijvoorbeeld weke-
lijks) via proteïneanalyse worden gecontroleerd.
Gebruik
41