6.2.2.
Vereisten voor het watercircuit
Gebruik de binnenunit alleen in een gesloten waterinstallatie.
Het systeem in een open waterinstallatie gebruiken zou
overmatige corrosie als gevolg hebben.
De maximumwatertemperatuur bedraagt 45°C (verwarming) en
de minimumwatertemperatuur 5°C (koeling).
De maximumwaterdruk bedraagt 3 bar.
Voorzie gepaste veiligheden in het watercircuit om ervoor te
zorgen dat de maximumdruk NIET overschreden wordt.
Alle geplaatste leidingen en leidingtoebehoren (kleppen, kranen,
verbindingsstukken, enz.) dienen bestand te zijn tegen de
volgende temperaturen.
INFORMATIE
De volgende afbeelding is een voorbeeld en stemt
mogelijk NIET overeen met de lay-out van uw installatie.
T
a
b c
e
d
e
a Buitenunit (VRV IV-warmtepomp)
b Binnenunit HXY(080/125)
c Warmtewisselaar
d Pomp
e Afsluiter
f Gemotoriseerde 2-wegsklep (ter plaatse te voorzien)
g Verdeelstuk
FCU1...3 Ventilatorconvector (optioneel)
FHL1...3 Vloerverwarmingslus (optioneel)
T Kamerthermostaat (optioneel)
De met de unit meegeleverde afsluiters dienen gemonteerd te
worden om de unit te kunnen onderhouden zonder het water uit
de installatie te moeten aflaten.
Maak alle waterleidingverbindingen en -aansluitingen in
overeenstemming met de geldende wetgeving en het schema
dat bij de unit werd meegeleverd en houd hierbij rekening met
de waterin- en -uitlaat.
Oefen GEEN overdreven kracht uit wanneer u de leidingen
aansluit. Vervormde leidingen kunnen storingen in de unit
veroorzaken.
Voorzie aftappunten op alle lage punten van de installatie om
het watercircuit volledig te kunnen aflaten.
Zorg voor een geschikte afvoer voor de veiligheidsklep om te
vermijden dat water in contact komt met elektrische onderdelen.
Voorzie ontluchtingspunten op alle hoge punten van de
installatie; deze punten moeten voor onderhoud gemakkelijk
bereikbaar zijn. De binnenunit is voorzien van een automatische
ontluchting. Controleer of deze ontluchtingsklep NIET te hard is
vastgedraaid, zodat het watercircuit automatisch ontlucht kan
worden.
Gebruik alleen materialen die compatibel zijn met water dat in
de installatie gebruikt wordt en met de materialen van de
binnenunit.
Controleer of alle componenten in de lokale leidingen bestand
zijn tegen de waterdruk en watertemperatuur.
HXY080+125A7V1B
Binnenunit voor VRV IV-Systeem
4P325971-1B – 2012.07
65°C
g
g
f
FCU2
FCU3
g
M
g
FHL1
FHL2
FHL3
Wanneer ook niet koperen metalen leidingen gebruikt worden,
isoleer dan het koper goed van het niet koper, zodat ze NIET
met elkaar in contact kunnen komen. Dit, om galvanische
corrosie te vermijden.
Gebruik nooit onderdelen met een zinkbekleding in het
watercircuit. Aangezien het watercircuit in de unit uit koperen
buizen bestaat, kan anders overmatige corrosie optreden.
Gebruik alleen gereedschap dat voor koper geschikt is,
aangezien koper een zacht materiaal is. Anders kunnen buizen
beschadigd worden.
Selecteer de diameter voor de waterleidingen op basis van het
vereiste waterdebiet en de beschikbare externe statische druk
van de pomp. Zie
"14. Technische gegevens" op pagina 40
de grafieken voor de externe statische drukken voor de
binnenunit.
U kunt het vereiste minimumwaterdebiet voor de werking van de
binnenunit in de volgende vinden. Als het waterdebiet kleiner is,
zullen debietstoring A6 verschijnen en de binnenunit stoppen
met werken.
Model
HXY080A7V1B
HXY125A7V1B
Het is ten zeerste aangewezen een additionele filter in het
watercircuit van de verwarming te monteren. Om daarbij stukjes
metaal afkomstig uit de lokale verwarmingsleidingen te
verwijderen, wordt geadviseerd een magneet- of cycloonfilter te
gebruiken om fijne deeltjes te verwijderen. Kleine deeltjes
kunnen de unit beschadigen en worden NIET door de
standaardfilter van de warmtepompinstallatie verwijderd.
Als er lucht of stof in het watercircuit terechtkomen, kunnen er
storingen ontstaan. Om dit te voorkomen:
gebruik alleen schone buizen
houd de uiteinden van de leidingen omlaag tijdens het
verwijderen van bramen.
dek de uiteinden van de leiding af wanneer u de leiding door
een muur steekt, zodat stof noch vuil in de leiding kan
indringen.
gebruik een goed draadafdichtmiddel om verbindingen
waterdicht te maken.
Om veiligheidsredenen is het NIET toegestaan glycol in het
watercircuit toe te voegen.
De installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving en
vereist mogelijk bijkomende hygiënische installatiemaatregelen.
Conform
de
geldende
thermostatische mengkranen worden geïnstalleerd.
6.2.3.
Formule om de voordruk van het expansievat te
berekenen
De voordruk (Pg) van het expansievat hangt af van het
hoogteverschil (H) van de installatie:
Pg=0,3+(H/10) (bar)
6.2.4.
Het watervolume controleren
De binnenunit heeft een expansievat van 10 liter met een vooraf
ingestelde voordruk van 1 bar.
Om zeker te zijn dat de unit naar behoren werkt:
controleer het minimum en het maximum watervolume.
U moet mogelijk de voordruk van het expansievat aanpassen.
Minimumwaterdebiet (l/min)
15
15
wetgeving
moeten
er
Installatiehandleiding en gebruiksaanwijzing
voor
mogelijk
9