CONTROLE- EN WAARSCHUWINGSLAMPJES
De hierna beschreven weergave informatie HANGT AF VAN DE UITRUSTING VAN DE AUTO EN VAN HET LAND.
A
Waarschuwingslampje geopend
portier
Waarschuwingslampje motor
op stand-by
➥ 2.4
Waarschuwingslampje motor
kan niet op stand-by worden
gezet ➥ 2.4
Φ
Controlelampjes
heidsregelaar en snel-
heidsbegrenzer
➥ 2.37 en ➥ 2.40
Controlelampje ECO-modus.
Dit verschijnt als de ECO -modus
wordt geactiveerd. ➥ 2.16.
Š‰
Indicatielampje voor overschake-
len naar de volgende versnelling.
Dit verschijnt om u te adviseren naar een
hogere versnelling (pijl omhoog) of naar een
lagere versnelling (pijl omlaag) te schakelen.
➥ 2.16.
U
Waarschuwingslampje snel-
heidsafhankelijke stuurbekrach-
tiging
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Als het tijdens het rijden oplicht, wijst dit op
een storing in het systeem. Raadpleeg zo
spoedig mogelijk een merkdealer.
W a a r s c h u w i n g s l a m p j e
E l e k t r o n i s c h
Stabiliteitsprogramma (ESC) en tractie-
controle
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Er zijn verschillende redenen waarom het
snel-
waarschuwingslampje verschijnt: ➥ 2.30.
(4/5)
➥ 2.34
Ò
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Als het tijdens het rijden oplicht, wijst dit op
een storing in de rekeneenheid van het in-
spuitsysteem.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
Dit lampje verschijnt als u het contact aanzet
of de motor start, en het verdwijnt na enkele
seconden ➥ 2.22 en ➥ 2.26.
Controlelampje waarschuwing
bij verlaten van rijstrook
Waarschuwingslampje zijwind
➥ 2.30
Waarschuwingslampje elektro-
nische storing
Waarschuwingslampje roetfilter
➥ 2.9
Controlelampje bij te lage ban-
denspanning
1.49