ACCU: storing
(1/3)
Om vonkvorming te voorkomen:
– Controleer of alle stroomverbruikers (bin-
nenlichten, enz.) zijn uitgeschakeld voor-
dat u de accuklemmen losmaakt of aan-
sluit.
– Schakelt u de acculader uit voordat u
deze op de accu aansluit of ervan los-
maakt.
– Mag u geen metalen of andere gelei-
dende voorwerpen, die kortsluiting
tussen de accupolen kunnen veroorza-
ken, op de accu leggen.
– Wacht u minstens één minuut na het af-
zetten van de motor voordat u de accuka-
bels losmaakt.
– Moet u de accukabels na het weer mon-
teren goed vastzetten.
5.18
Aansluiting van een acculader
De acculader moet geschikt zijn voor een
accu met een nominale spanning van
12 volt.
Ontkoppel de accu niet wanneer de motor
draait. Houd u aan de voorschriften van
de fabrikant van de acculader.
Voor bepaalde accu's gelden
speciale voorwaarden bij het
laden, raadpleeg uw merkdea-
ler.
Voorkom elk risico op een vonk die on-
middellijk een explosie tot gevolg zou
kunnen hebben. Zorg dat het opladen
in een goed geventileerde ruimte plaats-
vindt. Gevaar van ernstige verwondin-
gen.
De accu bevat zwavelzuur.
Vermijd daarom contact met de
ogen, de huid of kleding. Bij on-
verhoopt contact spoelen met
veel water.
Houd open vuur, gloeiende voorwerpen
en vonken verwijderd van de accu: ex-
plosiegevaar.
Let op bij werkzaamheden dicht bij
de motor, deze kan nog warm zijn.
Bovendien kan de ventilateurmotor on-
verwacht gaan draaien.
Verwondingsgevaar