Samenvatting van Inhoud voor Toro Groundsmaster 4000-D
Pagina 1
Form No. 3357-714 Rev A Groundsmaster® 4000-D Traction Unit Modelnr.: 30410—Serienr.: 2700000001 en hoger Om uw product te registreren of om een gebruikershandleiding of onderdelencatalogus te downloaden, gaat u Vertaling van de oorspronkelijke naar www.Toro.com. tekst (NL)
Opkrikpunten ............ 30 een erkende servicedealer of met de klantenservice van Bevestigingspunten ..........30 Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het Gebruikseigenschappen ........30 serienummer van het product te vermelden. U kunt de Tips voor bediening en gebruik......32 nummers noteren in de ruimte hieronder.
Veiligheid De serviceremmen afstellen........ 47 Onderhoud riemen..........47 Onderhoud van de riem van de Deze machine voldoet minstens aan CEN-norm wisselstroomdynamo........47 EN 836:1997, ISO-norm 5395:1990 en de B71.4-2004 De spanning van de drijfriemen van de specificaties van het American National Standards maaimessen opnieuw afstellen ......
◊ te snel rijden, veilig te werken. Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde accessoires en werktuigen. ◊ onjuist gebruik van de rem, • Controleer of de instrumenten die registreren dat de ◊ het type machine is niet geschikt voor het bestuurder op de stoel zit, de veiligheidsschakelaars specifieke werk, en de veiligheidsschermen zijn bevestigd en naar...
• Let op het verkeer als u in de buurt van een weg • U mag het maaidek nooit omhoog brengen als de werkt of deze oversteekt. maaimessen draaien. • Zet de maaimessen stil voordat u andere • Houd uw handen en voeten uit de buurt van de oppervlakken dan grasvelden oversteekt.
• Niet in de achteruit-stand maaien, tenzij dat strikt De volgende lijst bevat veiligheidsinstructies die specifiek noodzakelijk is. zijn toegesneden op Toro of andere veiligheidsinstructies die niet zijn opgenomen in de CEN-, ISO- of • Verminder de snelheid als u een scherpe bocht ANSI-normen.
Onderhoud en stalling gebruikt, moet u ter vervanging uitsluitend originele Toro onderdelen en accessoires gebruiken. Gebruik • Raak geen onderdelen van de machine of werktuigen ter vervanging nooit onderdelen en accessoires van aan die tijdens het gebruik heet kunnen worden.
Trillingsniveau Gehele lichaam Deze machine produceert een A-gewogen equivalent Hand-arm continu trillingsniveau van 0,5 m/s op de handen en armen, gebaseerd op metingen bij identieke machines Deze machine produceert een A-gewogen equivalent volgens EN 1033. continu trillingsniveau van 2,5 m/s op de handen en armen, gebaseerd op metingen bij identieke machines volgens EN 1033.
Pagina 9
100-6578 1. Risico om gegrepen te worden, riem – Gebruik de machine nooit als de veiligheidsschermen of afdekplaten zijn verwijderd; zorg ervoor dat deze op hun plaats zitten; blijf 104-3578 uit de buurt van bewegende onderdelen. 1. Maaihoogte-instelling 100-5622 1. Maaihoogte-instelling 104-2277 104-2277 100-5623...
Pagina 10
104-3579 1. Maaihoogte-instelling, 2. Maaihoogte-instelling, laag hoog 104-8324 1. Maaidekken omhoog 2. Maaidekken omlaag brengen brengen 104-8325 1. Vergrendeling voor onderhoud van maaidek vast-/loszetten 104-3599 112-9118 1. Niet hierop stappen. 2. Tractiepedaal 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 3. Tractie – Vooruit 2.
Pagina 11
106-6754 1. Waarschuwing - Raak het hete oppervlak niet aan. 106–6752 2. Ledematen kunnen worden gesneden/geamputeerd en worden gegrepen, ventilator, riem - Blijf uit de buurt van (aanbrengen op onderdeelnr. bewegende onderdelen. 112-9118 conform EU-voorschriften) * Deze veiligheidssticker waarschuwt voor gebruik op hellingen en moet worden aangebracht op de machine volgens de Europese veiligheidsnorm voor gazonmaaiers EN 836:1997.
Pagina 12
110-3286 1. Stopcontact 4. Aftakas 2. Stoelschakelaar 5. Startmotorsolenoïde 6. Verlichtingset 3. Contactschakelaar 106-6764 1. Om de motor te starten, moet u het tractiepedaal in de neutraalstand zetten, het rempedaal intrappen en de gashendel op Snel zetten; draai daarna het contactsleuteltje eerst op AAN en vervolgens op START;...
Pagina 13
104-8336 1. Lees de Gebruikershandleiding.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Hoeveel- Procedure Omschrijving Gebruik heid Stoel (afzonderlijk leverbaar) Stoelophangingsset (afzonderlijk leverbaar) De stoel, de veiligheidsgordel en de Koker voor de Gebruikershandleiding koker voor de Gebruikershandleiding R-klem monteren.
30622, en de Premiumophanging, modelnr. 30621 moeten worden gekocht en gemonteerd. 1. Monteer de koker voor de Gebruikershandleiding aan de stoelophanging met de twee R-klemmen die Handleidingen lezen en DVD zijn geleverd bij de losse onderdelen. bekijken 2. Bevestig de veiligheidsgordel aan beide zijden van de stoel met een bout en een borgring, die zijn geleverd bij de losse onderdelen.
Algemeen overzicht Tractiepedaal Het tractiepedaal (Figuur 2) regelt de beweging vooruit van de machine en achteruit. Om vooruit te rijden, moet u de bovenkant van het pedaal intrappen en om achteruit te rijden de onderkant van het pedaal. De rijsnelheid hangt af van hoever het pedaal wordt ingetrapt.
Pagina 17
Waarschuwingslampje koelvloeistof- Servicevergrendeling van maaidek temperatuur Hiermee (Figuur 4) vergrendelt u de hefhendel van het frontmaaidek als dit is opgeheven. Het lampje (Figuur 2) gaat branden en de motor slaat af als de koelvloeistof een buitensporig hoge temperatuur bereikt. Contactschakelaar De contactschakelaar (Figuur 4) heeft drie standen: Uit, Indicatielampje van gloeibougie Aan/Voorgloeien en Start.
• Alternatieve olie: SAE 10W-30 of 5W-30 (voor alle temperaturen) Het koelsysteem controleren Toro Premium motorolie is verkrijgbaar bij uw dealer Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks met een viscositeit van 15W-40 of 10W-30. Zie de onderdelencatalogus voor de onderdeelnummers.
2. Vul de tank bij tot ongeveer 2,5 cm onder de Toro Premium All Season hydraulische vloeistof bovenkant van de tank, niet de vulbuis, met Nr. 2 (verkrijgbaar in emmers van 19 l of vaten van 208 l.
Pagina 21
Verontreiniging met minerale hydraulische Andere vloeistoffen: Als de hydraulische vloeistof van vloeistoffen zal de biologische afbreekbaarheid en de Toro niet beschikbaar is, kunt u andere vloeistoffen giftigheid van deze vloeistof veranderen. Wanneer gebruiken mits deze voldoen aan alle volgende u omschakelt van een standaard vloeistof naar een materiaaleigenschappen en industriespecificaties.
Smeerolie van de achteras controleren 1. Plaats de machine op een horizontaal vlak en zet het wiel in een zodanige stand dat de Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren controle-/aftapplug (Figuur 10) op twee uur of tien uur staat. De achteras is in de fabriek gevuld met SAE 85-140 tandwielolie.
U kunt de maaihoogte instellen van 25 tot 127 mm, in stappen van 13 mm. Om de maaihoogte van het voorste maaidek in te stellen, moet u de assen van de zwenkwielen in de bovenste of onderste openingen in de zwenkwielvorken plaatsen en vervolgens een gelijk aantal afstandsstukken toevoegen aan de zwenkwielvorken of verwijderen.
Pagina 24
tegengestelde richting laten werken om het maaisel te verwijderen. 3. Verwijder de klemkapjes van de spilas (Figuur 14) en schuif de as uit de zwenkwielarm. Plaats de twee opvulstukken (3 mm) op de spilas zoals zij oorspronkelijk zijn geplaatst. Deze opvulstukken zijn nodig om ervoor te zorgen dat de maaidekken over de gehele breedte horizontaal staan.
Pagina 25
gewenste openingen in de maaihoogtebeugel van het maaidekframe bevinden (Figuur 20 en Figuur 21). 6. Plaats de gaffelpennen en monteer de R-pennen. 7. Draai de spanstang (met de hand) linksom zodat er druk op de afstelling staat. Figuur 20 1. Zwenkwieldraaiarm 3.
Figuur 24 1. Glijder Rollen van maaidek afstellen De rollen van het maaidek moeten in de laagste stand worden gemonteerd als de machine wordt gebruikt bij een maaihoogte van meer dan 64 mm, en in de hoogste stand als de machine wordt gebruikt bij een maaistand van minder dan 64 mm.
Pagina 27
Indien nodig moet u ze oppompen totdat de bandenspanning correct is. 3. Controleer of de banden van alle zwenkwielen een spanning van 345 kPa (50 psi) hebben. Indien nodig moet u ze oppompen totdat de bandenspanning correct is. 4. Controleer de druk van de lading en het tegengewicht.
binnenste zwenkwiel op het zijmaaidek (Figuur 27). Controleer nogmaals de afstand tussen de buitenste randen van beide zijmaaidekken en de binnenste rand van het zijmaaidek tot de buitenste rand van het frontmaaidek. 4. Als de binnenste rand nog steeds te hoog is, moet u nog een opvulstuk (3 mm) verwijderen uit het onderste deel van de voorste binnenste zwenkwielarm van het zijmaaidek en een opvulstuk...
De interlockschakelaars lading) op halfgas warm worden en zet vervolgens de gashendel in de gewenste stand. controleren Belangrijk: Laat de startmotor niet langer dan 15 seconden achter elkaar draaien omdat de startmotor hierdoor vroegtijdig defect kan raken. Als de motor na 15 seconden niet wil Niet-aangesloten of beschadigde starten, moet u het sleuteltje op UIT draaien, de interlockschakelaars kunnen onverwachte...
De machine duwen of slepen In noodgevallen kan de machine vooruit worden bewogen door de omloopklep in de regelbare hydraulische pomp in werking te stellen en de machine te duwen of te slepen. U mag de machine niet duwen of slepen over een afstand van meer dan 0,4 km. Belangrijk: U mag de machine niet sneller dan 3–4,8 km per uur duwen slepen omdat hierdoor de transmissie kan worden beschadigd.
Pagina 31
andere onderdelen van werktuigen, en het belang van balans te kunnen blijven tijdens het sturen, moet het de remmen. maaidek zijn neergelaten tijdens het afdalen. Om ervoor te zorgen dat er tijdens het gebruik steeds voldoende vermogen voor de tractie-eenheid en de werktuigen is, moet u met behulp van het tractiepedaal Dit product is ontworpen om objecten in de het motortoerental hoog en enigszins constant houden.
Tips voor bediening en Schuinstand van het maaidek gebruik TORO adviseert een schuinstand van 6 mm. Als de schuinstand meer dan 6 mm is, zal dit leiden tot minder benodigd vermogen, grover maaisel en een slechtere Maai als het gras droog is maaikwaliteit.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure • Wielmoeren aandraaien. • Spanning van de riem van ventilator en wisselstroomdynamo controleren. Na de eerste 10 bedrijfsuren • Spanning van drijfriem van het maaimes controleren. •...
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u of andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine. Procedures voorafgaande aan onderhoud...
Pagina 35
Figuur 33 Figuur 36 Frontmaaidek Figuur 34 • Lagerbussen van as van zwenkwielvork (2) (Figuur 37) • Lagers van as (3) (onder de poelie) (Figuur 38) • Lagerbussen van draaipunt van arm van spanpoelie (2) (Figuur 38) Figuur 35 Figuur 37...
Figuur 38 Voorste hefmechanismen • Lagerbussen van hefarm (2) (Figuur 39) • Lagerbussen van hefcilinder (4) (Figuur 39) Figuur 40 • Kogelverbindingen van hefarm (2) (Figuur 40) Zijmaaidekken • Lagerbus van as van zwenkwielvork (1) (Figuur 41) • Lagers van as (elk 2) (onder de poelie). •...
Pagina 37
• Lagerbussen van draaipunt van haakse hendel (2) (Figuur 44) • Lagerbussen van achterste arm (4) (Figuur 44) • Lagerbussen van hefcilinder (4) (Figuur 45) Figuur 44 Figuur 42 Figuur 45 Figuur 43...
Onderhoud motor Onderhoud van het luchtfilter • Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die een luchtlek kan veroorzaken. Vervang de luchtfilterbehuizing indien deze beschadigd is. Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of losse slangklemmen. • Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt als de onderhoudsindicator dit aangeeft, of om de 400 uur (vaker in uiterst stoffige of vuile omstandigheden).
Figuur 49 1. Aftapplug motorolie 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 50). Smeer een dun laagje schone olie op de nieuwe filterpakking voordat u deze vastschroeft. Niet te vast draaien. Figuur 48 1. Veiligheidsfilter Belangrijk: Probeer nooit een veiligheidsfilter te reinigen (Figuur 48). Plaats steeds een nieuw veiligheidsfilter als het voorfilter drie onderhoudsbeurten heeft gehad.
Waterafscheider Onderhoud Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren brandstofsysteem Verwijder dagelijks water of ander vuil uit de waterafscheider (Figuur 51). Onderhoud van 1. Plaats een schone opvangbak onder het brandstofsysteem brandstoffilter. 2. Draai de aftapplug onder de filterbus los (Figuur 51). Draai de plug weer vast na het aftappen.
Onderhoud elektrisch systeem De accu in gebruik nemen, opladen en aansluiten Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Waarschuwing Figuur 52 CALIFORNIË 1. Brandstoffilter Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. 3. Schuif de slangklemmen op de uiteinden van Van deze stoffen is bekend dat ze kanker de brandstofslangen.
Pagina 42
8. Om corrosie van de accuklemmen te voorkomen, de accu komen. moet hierop u een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro onderdeelnr. 505-47), vaseline of dunvloeibare 5. Als de accu is opgeladen, haalt u de acculader uit het smeerolie aanbrengen.
Omspoelen met schoon water. Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro onderdeelnr. 505-47) of vaseline op de accupolen en de kabelklemmen om corrosie te voorkomen. Zekeringen Er zijn 5 zekeringen in het elektrische systeem.
Onderhoud van de planeetwielaandrijving (op tien of twee uur) totdat het peil de onderkant van de controle-opening aandrijfsysteem in de remkast heeft bereikt. Plaats de plug. 8. Herhaal dit aan de andere kant. Olie van planeetwielaandrij- ving verversen Onderhoudsinterval: Na de eerste 200 bedrijfsuren Om de 800 bedrijfsuren De olie van de planeetwielaandrijving moet na de eerste 200 bedrijfsuren worden ververst.
1. Meet de afstand hart-op-hart van het toespoor (ter hoogte van de assen) aan de voorzijde en de achterzijde van de stuurwielen. De afstand aan de voorzijde moet 6 mm korter zijn dan de afmeting achter de wielen. 2. Draai de klemmen aan beide uiteinden van de spoorstangen los om ze af te kunnen stellen.
Onderhoud koelsysteem Het koelsysteem van de motor reinigen Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Om de 2 jaar Verwijder dagelijks het vuil van de oliekoeler en de radiateur. Reinig ze vaker als in vuile omstandigheden wordt gemaaid. 1. Zet de motor af en open de motorkap. Verwijder Figuur 63 grondig al het vuil dat zich rond het motorgedeelte 1.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen Onderhoud van de riem van de De serviceremmen afstellen wisselstroomdynamo Stel de serviceremmen af als de rempedalen meer dan 25 mm 'speling' hebben of als de remmen niet naar Onderhoudsinterval: Na de eerste 10 bedrijfsuren behoren functioneren. Met speling wordt de afstand Om de 100 bedrijfsuren bedoeld die het rempedaal wordt ingetrapt voordat er remweerstand wordt gevoeld.
Opmerking: Als de aanslagbout ooit van het Als de drijfriem de juiste spanning heeft, moet de trekveer (haak tot haak) een lengte van ongeveer 8,9 cm bevestigingslipje moet worden verwijderd, dient deze ± 6 mm (binnenkant) hebben. Als de veer de juiste weer te worden gemonteerd in de opening dat de spanning heeft, moet u de aanslagbout (slotbout) kop van de aanslagbout op een lijn met de arm van...
Onderhoud bedieningsysteem De gashendel afstellen Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren Om de 400 bedrijfsuren Stel de gaskabel (Figuur 67) zodanig af dat de regelhendel Figuur 68 op de motor contact maakt met de stelbouten voor laag en hoog toerental voordat de gashendel tegen de sleuf in 1.
200 bedrijfsuren. Vervang de hydraulische filters daarna vloeistof verontreinigd raakt, moet u contact opnemen in normale omstandigheden om de 800 bedrijfsuren. met uw plaatselijke Toro-dealer omdat het systeem dient te worden schoongespoeld. Verontreinigde hydraulische Gebruik ter vervanging Toro filters (onderdeelnr.94-2621 vloeistof ziet er in vergelijking met schone vloeistof op de linkerkant van de machine en onderdeelnr.
De testpoorten worden gebruikt om de druk in de hydraulische circuits te testen. Neem contact op met uw plaatselijke Toro dealer als u hulp nodig heeft. Figuur 74 Testpoort A (Figuur 72), op de linkerzijde van de 1. Testpoort C machine wordt gebruikt om de druk in de tractie in de vooruitstand te meten.
Pagina 52
Figuur 75 Figuur 77 1. Testpoort D 1. Testpoort F 2. Testpoort G Testpoort E (Figuur 76), onder de radiateur wordt Testpoort H (Figuur 78) wordt gebruikt om de druk in gebruikt om de druk in de vierwielaandrijving in de het circuit van het frontmaaidek te meten.
Onderhoud van het maaidek Transportvergrendeling afstellen De transportvergrendeling (Figuur 81) moet indien Figuur 79 nodig als volgt worden afgesteld: 1. Testpoort voor 2. Stelschroef voor het tegengewicht tegengewicht 1. Hef het frontmaaidek volledig op van de grond, stel de parkeerrem in werking en zet de motor af. Verwijder het contactsleuteltje.
Figuur 82 1. Stelschroef 2. Vergrendeling van maaidek Figuur 84 1. Transportvergrendeling 2. Plaat van vergrendeling Middelste maaidek rechtop draaien (kantelen) 3. Verwijder de R-pen en de gaffelpen waarmee de maaihoogtekettingen zijn bevestigd aan de achterkant Opmerking: Hoewel dit niet is vereist voor normale van het maaidek.
De schuinstand van het maaidek is het verschil in de maaihoogte van de voorkant van het mesvlak tot de achterkant van het mesvlak. Toro adviseert een schuinstand van 6 mm. Dit wil zeggen dat de achterkant van het mesvlak 6 mm hoger is dan de voorkant.
2. Verwijder het klemkapje, de afstandsstuk(ken) en de drukring van de bovenkant van de zwenkwielas. 3. Trek de zwenkwielas uit de buis waarin deze is bevestigd. Laat de drukring en afstandsstuk(ken) onder op de as zitten. 4. Sla een drevel in de boven- of onderkant van de bevestigingsbuis en tik de lagerbus uit de buis (Figuur 88).
Gebruik ter vervanging altijd originele Toro messen zodat u zeker bent van een veilig gebruik en optimale • Vervang een versleten of beschadigd mes.
Pagina 58
rechtop zet zodat het gelijkmatig wordt gemaaid. De vleugel zal echter tijdens het gebruik langzaam slijten, en dit is normaal. Als de vleugel slijt, zal de maaikwaliteit geleidelijk aan enigszins afnemen, hoewel de snijranden scherp blijven. De snijrand van het mes moet scherp zijn zodat het gras wordt gemaaid en niet wordt afgescheurd.
tot de voorste rand van het mes. Noteer deze afstand. Draai vervolgens hetzelfde mes zodat het andere uiteinde voor komt en meet opnieuw. Het Als het mes gaat slijten, kan er een groef verschil tussen de afstanden mag niet meer zijn dan ontstaan tussen de vleugel en het platte deel 3 mm.
(natriumbicarbonaat). worden afgevoerd. Zorg dat de uitlaatpoort geblokkeerd blijft totdat er geen koolstofaanslag C. Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro meer naar buiten komt. onderdeelnr. 505-47) of vaseline op de kabelklemmen en de accupolen om corrosie te voorkomen.
Pagina 61
9. Plak de luchtfilterinlaat en de uitlaat af met weerbestendige tape. 10. Controleer de antivriesbescherming en vul het systeem bij met een oplossing die half uit water, half uit ethyleenglycol bestaat. Vul zoveel bij als nodig is met het oog op de plaatselijk te verwachten minimumtemperatuur.
Pagina 64
Andere landen dan de VS of Canada Kopers van Toro-producten die zijn geëxporteerd uit de Verenigde Staten of Canada, moeten contact opnemen met hun Toro Distributeur (Dealer) voor de garantiebepaling die in hun land, provincie of staat van toepassing zijn. Als u om een of andere reden ontevreden bent over de service van uw Distributeur of moeilijk informatie over de garantie kunt krijgen, verzoeken wij u contact op te nemen met de Toro-importeur.