Afb.74
Afb.75
26
10.4
Specifieke onderhoudswerkzaamheden
7748919 - v01 - 28012020
13. Zet de verbrandingskop weer op zijn plaats.
Controleer de vlamdetectiecel
1. Controleer of de vlamdetectiecel A correct in lijn staat door de
vlamsignaal-geleiderbuis B te verwijderen. Steek de inbussleutel in de
opening totdat deze in contact komt met de vlamdetectiecel.
2. Draai de borgschroef van de verbrandingskop vast.
3. Breng de vlamsignaal-geleiderbuis weer aan.
4. Zet de kabels van de ontstekingselektroden terug op hun plaats.
5. Controleer en wijzig, indien nodig, de stand van de
ontstekingselektroden volgens de informatie in het hoofdstuk 'Positie
van de ontstekingselektroden en van de verbrandingskop instellen'.
B
A
MW-6000631-3
Verbrandingskop reinigen
1. Verwijder het deel met de beschermruit.
2. Vul een bak met een oplossing van 10 % NET05 reinigingsproduct en
90 % water.
3. Dompel de verbrandingskop 10 tot 20 minuten volledig in de
oplossing.
4. Spoel de verbrandingskop grondig met schoon water.
5. Verwijder eventueel achtergebleven aanslag met een doek of een
borstel.
6. Droog de verbrandingskop met een doek.
Ventilator reinigen
1. Reinig de ventilator en de binnenkant van de aanzuigkast met een
geschikte borstel en perslucht.
2. Controleer en wijzig, indien nodig, de instelling van de luchtklep
MW-6000618-2
volgens de informatie in het hoofdstuk 'Luchtklep instellen'.
3. Ga voor het monteren in de omgekeerde volgorde van de demontage
te werk.
10.3.11 Ommanteling reinigen
1. Reinig de buitenzijde van de ketel met een vochtige doek en een
zacht schoonmaakmiddel.
Tijdens standaard inspectie- en onderhoudswerkzaamheden kan worden
ontdekt dat aanvullende onderhoudswerkzaamheden noodzakelijk zijn.
10 Onderhoud
81