8 Werking
Afb.107 Stap 6
Afb.108 Stap 7
Afb.109 Stap 8
Afb.110 Stap 9
8.2
Opstarten
8.3
Uitschakelen
8.4
Vorstbeveiliging
70
6. Druk op de toets
MW-3000354-01
7. Druk op de toets
MW-3000355-01
8. Druk op de toets
MW-3000354-01
9. Druk meerdere malen op de toets
terug te keren.
MW-3000397-01
Start de ketel als volgt op:
1. Open de gaskraan van de ketel.
2. Steek de stekker van de ketel in een geaard stopcontact.
3. Schakel de ketel in met de aan/uit-schakelaar van de ketel.
De ketel begint een automatische ontluchtingscyclus die ongeveer 3
minuten duurt.
4. Controleer de waterdruk van de CV-installatie die op het display van
het bedieningspaneel staat aangegeven. Indien nodig: vul de CV-
installatie bij.
De actuele bedrijfssituatie van de ketel wordt met de statussignalering op
het bedieningspaneel weergegeven.
Schakel de ketel als volgt uit:
1. Schakel de ketel uit met de aan/uit-schakelaar op de ketel.
2. Sluit de gasaanvoer af.
3. Houd de installatie vorstvrij.
Sluit de ketel niet af als de installatie niet vorstvrij gehouden kan
worden.
Opgelet
Tap de ketel en de CV-installatie af, als u voor langere tijd geen
gebruik maakt van de woning of het gebouw en er kans is op
vorst.
De vorstbeveiliging werkt niet als de ketel buiten bedrijf is.
De ingebouwde ketelbeveiliging werkt alleen voor de ketel en
niet voor de installatie en radiatoren.
Open de kranen van alle op de installatie aangesloten
radiatoren.
Zet de temperatuurregeling laag, bijvoorbeeld op 10°C.
Als het CV-water in de ketel te ver in temperatuur daalt, treedt de
ingebouwde ketelbeveiliging in werking. Deze werkt als volgt:
Bij een watertemperatuur lager dan 7°C start de pomp.
Bij een watertemperatuur lager dan 4°C start de ketel.
om de parameter te bevestigen.
of
om de waarde te wijzigen.
om de waarde te bevestigen.
om naar het hoofdscherm
7685807 - v.10 - 06062023