6 Installatie
6.3
Wateraansluitingen
6.3.1
Installatie doorspoelen
6.3.2
Waterdoorstroming
6.3.3
Aansluiting van het verwarmingscircuit
Afb.34
Verwarmingscircuit aansluiten
2
6.3.4
Aansluiten van het tapwatercircuit (alleen bij combiketel)
Afb.35
Aansluiten tapwatercircuit
3
36
Voordat er een nieuwe ketel op een installatie kan worden aangesloten,
moet de gehele installatie grondig worden gereinigd en doorgespoeld.
Hierdoor worden resten van het installeren (lasslakken,
bevestigingsmiddelen enz.) en opgehoopt vuil (slib, slijk enz.) verwijderd
Belangrijk
De modulerende regeling van de ketel begrenst het maximale
temperatuurverschil tussen aanvoer en retour van het water en de
maximale stijgsnelheid van de aanvoertemperatuur. Hierdoor worden voor
de ketel geen eisen gesteld aan een minimum debiet.
1. Monteer de ingaande leiding voor CV-water op de aansluiting retour
CV
2. Monteer de uitgaande leiding voor CV-water op de aansluiting
aanvoer CV
Belangrijk
Wij raden aan een serviceafsluiter te monteren in de aanvoer CV-
leiding en de retour CV-leiding, voor het uitvoeren van
servicewerkzaamheden.
1
Opgelet
AD-0001205-03
1. Sluit de koudwater-toevoerleiding aan op de sanitair-
koudwateraansluiting
2. Monteer een veiligheidsgroep in deze leiding direct onder de ketel. De
veiligheidsgroep met een KIWA-certificering bezitten.
3. Sluit de uitgaande leiding voor sanitair warm water aan op de sanitair-
warmwateraansluiting
4. Plaats een afvoer naar het riool voor het expansiewater onder de
inlaatcombinatie.
1
2
AD-0001228-03
Spoel de CV-installatie door met minimaal drie keer de inhoud
van de installatie.
Spoel de sanitair-warmwaterleidingen door met minimaal 20
keer de inhoud van de leidingen.
.
.
Voer eventuele laswerkzaamheden uit op voldoende afstand
van de ketel of voordat de ketel opgehangen wordt.
Volg bij gebruik van kunststof leidingen de (aansluit)
aanwijzingen van de fabrikant op.
.
7685807 - v.10 - 06062023