Foto's opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Deze functie stelt de camera in staat om scherpgesteld te blijven op het onderwerp en
ook de belichting te corrigeren terwijl het onderwerp beweegt.
Druk op
• Uitschakelen van de Tracking AF → Druk nogmaals op
Plaats het Tracking AF kader over uw onderwerp en druk dan
op
om het te vergrendelen
• Uitschakelen van de AF-vergrendeling → Druk op
●
De optimale scènemodus voor het AF-vergrendelde onderwerp wordt automatisch
herkend.
●
De gezichtsherkenning werkt niet tijdens het gebruik van de Tracking AF.
●
Onder bepaalde opname-omstandigheden, zoals wanneer het onderwerp te klein is of
de omgeving te donker, kan de [Tracking AF] niet goed werken.
Alleen de menu-onderdelen die worden weergegeven in de modus [Intelligent auto]
kunnen worden ingesteld.
De instellingen die zijn gekozen in [Program AE] of andere modi zijn weerspiegeld voor
de niet weergegeven menu-onderdelen in het menu [Set-up].
●
De instellingen voor de volgende onderdelen zijn verschillend van de andere
opnamemodi:
[Fotoresolutie], [Burstfunctie] en [Kleurfunctie] in het [Opname]-menu, [Toon] in het
[Set-up]-menu
●
De instellingen voor de volgende functies staan vast:
• [Auto review]: [2SEC]
• [Richtlijnen]:
• [Kwaliteit]:
[Fijn]
• [Stabilisatie]: [ON]
• [AF ass. lamp]: [ON]
• [Meetfunctie]:
• [I.resolutie]: [i.ZOOM]
• [Continu AF]: [ON]
∗
(Scherpstellen op 23 punten) als gezicht niet kan worden herkend
●
De volgende functies zijn niet te gebruiken:
[Histogram], [Belichting], [Auto bracket], [Instellen], [Dig. zoom], [Korte sluitert.]
Tracking AF
om [AF mode] in te stellen op Tracking AF
Tracking AF kader
AF-vergrendeling succesvol: geel
AF-vergrendeling mislukt: rood
Beperkingen [Intelligent auto]-modus
[Multimeting]
• [Slaapsmodus]: [5MIN.]
• [Witbalans]: [AWB]
• [Gevoeligheid]:
• [AF mode]:
• [Quick AF]: [ON]
• [i. Exposure]: [STANDARD]
• [Rode-ogencorr]: [ON]
- 27 -
.
.
[Gezichtsdetectie] ∗