4
hYdRauLIsChe InsTaLLaTIe
4�1
aLgeMene InsTaLLaTIepRInCIpes
De installatie van het toestel mag alleen uitgevoerd worden door een bevoegd Bedrijf
en volgens de geldende wetgeving van het land van installatie, ofwel door professioneel
Gekwalificeerd Personeel.
Onder "professioneel Gekwalificeerd Personeel" verstaat men personeel met specifieke
technische deskundigheid in de sector van verwarmingsinstallaties/ koelinstallaties en
gasapparatuur.
De installatie van het toestel moet uitgevoerd worden conform de geldende nationale
en plaatselijke normen op het gebied van ontwerp, installatie en onderhoud van verwar-
mingsinstallaties en koelinstallaties, volgens de instructies van de fabrikant.
In het bijzonder moeten de geldende normen gerespecteerd worden met betrekking
tot:
•
Gasapparatuur.
•
Apparatuur onder spanning.
•
Verwarmingsinstallaties en warmtepompen.
•
Iedere andere norm en regelgeving met betrekking tot de installatie van appara-
tuur voor zomer- en winterklimatisatie op gasvormige brandstof.
Alvorens over te gaan tot de hydraulische en gaszijdige installatie wordt men verzocht
om aandachtig de paragraaf 2.1 Conformiteit met CE-normen → 8: te lezen: het ver-
schaft belangrijke aanwijzingen over de veiligheid van de installatie en de geldende
normreferenties.
Reinig alle leidingen van binnen, zowel hydraulisch als gaszijdig, voordat het toestel
wordt geïnstalleerd. Dit voorkomt inwendige vervuiling van het toestel.
Iedere contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid van de fabrikant is uitge-
sloten bij eventuele schade veroorzaakt door fouten tijdens de installatie en/of door het
niet naleven van voornoemde normen en van de aanwijzingen en instructies van de
fabrikant.
Het bedrijf dat de installatie verzorgd heeft, moet de eigenaar de conformiteitsverklaring
van de installatie verstrekken die uitgevoerd is volgens de regels van het vak, conform de
geldende nationale en plaatselijke normen en volgens de instructies van de fabrikant.
Alvorens contact op te nemen met Remeha voor de inbedrijfstelling en eerste keer op-
starten, dient de installateur te zorgen voor het volgende:
•
of de gegevens van het elektrische stroomnet overeenkomen met die van het
typeplaatje;
•
de gastoevoerdruk voldoet aan de waarde in tabel 2.4 Druk distributiegas
(met inachtneming van een tolerantie van ±15%);
•
of het toestel gevoed wordt met het type gas waarvoor het voorzien is;
•
of er geen lekken zijn in de installaties voor gastoevoer en waterdistributie;
•
of de installaties voor gastoevoer en elektrische stroom afgestemd zijn op het ver-
mogen dat voor het toestel nodig is en of ze uitgerust zijn met alle veiligheids- en
controlevoorzieningen die door de heersende normen voorgeschreven worden.
Installatie- en Servicehandleiding – GAS HP 35A
→ 12
23