P
NEUMATISCHE AANSLUITING
Er mag alleen voldoende verzorgde perslucht worden gebruikt (lucht of neutraal gas
overeenkomstig EN 983, gefilterd 5 µm, oliehoudend of olievrij).
Een hoge kwaliteit van de perslucht is voor een lange levensduur van de ejector belan-
grijk.
Vuil of vreemde voorwerpen in de aansluitingen van de ejector of in de slangen of lei-
dingen kunnen tot defecten of storingen in de werking van de ejector leiden.
Gebruik zo kort mogelijke slangen en leidingen.
Door een te kleine binnendiameter aan de persluchtzijde wordt er onvoldoende per-
slucht toegevoerd. De ejector kan daardoor niet zijn vermogen bereiken.
Een te kleine binnendiameter aan de vacuümzijde leidt tot een te hoge stromingsweer-
stand. Daardoor daalt het aanzuigvermogen en de worden de aanzuigtijden langer.
Bovendien worden de afblaastijden langer.
De slangen mogen niet geknikt of platgedrukt worden aangelegd.
Sluit de ejector uitsluitend aan door middel van slangen of buizen die de aanbevolen
binnendiameter hebben. Indien dit niet mogelijk is, dient de eerstvolgende diameter-
grootte te worden gebruikt.
A
ANBEVOLEN LEIDINGDOORSNEDEN
SCPS
Vermogensklasse
2-07
2-09
2-14
1)
bij een maximale slanglengte van 2 m. Bij grotere slanglengten dienen de diameters overeenkomstig groter te worden
geselecteerd!
S
SCPS - 2
CH MAL Z
(
BINNENDIAMETERS
Leidingdoorsnede (binnendiameter) [mm]
Persluchtzijde
4
4
4
5-21
)
Persluchtzijde
1)
4
4
6