Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

64
Stoelen, veiligheidssystemen

Airbag deactiveren

Wanneer u een kinderveiligheidssys‐
teem op de voorstoel gebruikt, moet
u het airbagsysteem van de passa‐
gier deactiveren. De sidebags, de
gordelspanners en alle airbagsyste‐
men van de bestuurder blijven actief.
U deactiveert het airbagsysteem van
de voorpassagier met een slot aan de
rechterzijde van het instrumentenpa‐
neel.
Gebruik de contactsleutel om de posi‐
tie te kiezen:
*
: airbag van voorpassagier is
OFF
gedeactiveerd en gaat niet af
bij een aanrijding. Controle‐
lampje *OFF brandt voort‐
durend in de middenconsole.
U kunt een kinderzitje
aanbrengen in overeenstem‐
ming met de tabel
Inbouwposities kinderveilig‐
heidssystemen 3 68. Er
mag geen volwassen
persoon op de stoel van de
voorpassagier vervoerd
worden.
: airbag van voorpassagier is
V
ON
actief. U mag geen kindervei‐
ligheidssystemen aanbren‐
gen.
9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de
passagiersstoel met geactiveerde
airbag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel
met gedeactiveerde airbag.
Als de controlelamp V brandt, zal het
airbagsysteem van de passagiers‐
stoel afgaan in geval van een aanrij‐
ding.
Indien beide controlelampen tegelij‐
kertijd branden, zit er een storing in
het systeem. De systeemstatus wordt
niet aangeduid; er mag niemand op
de stoel van de voorpassagier
vervoerd worden. Roep onmiddellijk
de hulp van een werkplaats in.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave