RUITENWISSER, SPROEIER
Ruitenwisser
n
Contact aan, verplaats de scha-
kelaar 1:
A uit
B wissen met intervallen
De ruitenwisserbladen vegen met tus-
senpozen van enkele seconden.
C langzaam continu wissen
D snel continu wissen
1.42
(1/2)
1
1
A
B
C
D
Ruitensproeier
Contact aan: trek de schakelaar 1 naar u
toe.
Controleer als het sneeuwt of vriest,
voordat u wegrijdt of het ruitenwisser-
blad niet aan het glas is vastgevroren.
Controleer regelmatig de wisserbladen.
Vervang deze zodra ze de ruit niet goed
schoonvegen: ongeveer elk jaar.