Motor
De compressor wordt aangedreven door een
vloeistofgekoelde dieselmotor.
Het vermogen van de motor wordt via tandwielen
overgebracht naar de compressor.
Compressor element
In het compressorelement bevinden zich twee, op
kogel- en rollagers gemonteerde, schroefvormige
rotoren. De door de motor aangedreven mannelijke
rotor drijft de vrouwelijke rotor aan. De compressor
produceert pulsatievrije lucht.
Het afdichten, koelen en smeren gebeurt met
geïnjecteerde olie.
Het oliesysteem van de compressor
De olie circuleert d.m.v. luchtdruk. Het systeem heeft
geen oliepomp.
Het hele oliesysteem is voorzien geschroefde
olieslangen waardoor kwalitatief betere verbindingen
ontstaan en minder storingen optreden.
De olie wordt in de ketel eerst door centrifugaalkracht
en daarna door het olieafscheiderelement uit de lucht
verwijderd. Een opgeschroefde olieafscheider zorgt
voor snelle service.
Regelsysteem
De compressor is voorzien van een systeem met
continu pneumatische regeling en een spuiklep die in
de ontlader is geïntegreerd. De klep wordt tijdens
bedrijf gesloten door de uitlaatdruk van het
compressorelement en wordt geopend door de druk in
de luchtketel zodra de compressor is uitgeschakeld.
Wanneer
het
luchtverbruik
luchtketeldruk dalen en omgekeerd.
De drukschommelingen in de luchtketel worden
geregistreerd door de regelklep die via een
luchtstuurleiding
en
een
snelheidsregeling van de motor de luchtopbrengst
aanpast aan de vraag. De luchtketeldruk wordt
gehandhaafd tussen de vooraf ingestelde bedrijfsdruk
en de overeenkomstige ontladingsdruk.
Koelsysteem
De motor is voorzien van vloeistofkoeling en de
compressor van oliekoeling.
De expansietank van de motorradiateur is in de
radiateur
geïntegreerd,
waardoor
verbindingen wordt gereduceerd. Dit maakt het
systeem robuuster en minder storingsgevoelig.
Een door de motor aangedreven ventilator zorgt voor
de koellucht.
- 16 -
Brandstofcircuit
De brandstofleidingen en brandstoffilters zijn zo
ontworpen dat nadat brandstoftank is leeg geraakt er
geen luchtbellen de motor kunnen bereiken en dus
weer gemakkelijk gestart kan worden.
Veiligheidsapparatuur
stijgt,
zal
de
Een thermische beveiliging schakelt de compressor
uit bij oververhitting. De luchtketel is voorzien van
een veiligheidsklep.
De motor is voorzien van schakelaars die de motor
uitschakelen bij te lage oliedruk en te hoge
elektronische
koelvloeistoftemperatuur.
Frame en assen
De machine is voorzien van een anti-lek-frame.
Het frame is vervaardigd uit een enkele plaat staal en
kan tot 110% van alle in de machine aanwezige
vloeistof bevatten. Er is een aftapstop geïnstalleerd
om het frame af te tappen en alle gemorste
vloeistoffen veilig te kunnen afvoeren.
het
aantal
De bumper is zodanig ontworpen dat de onderzijde
van het frame aan de achterkant beschermd wordt als
de machine achterover zou kiepen.
De compressor en de motor zijn met rubberen buffers
op het frame bevestigd.
De compressor kan met en zonder wielen worden
geleverd. Indien voorzien van wielen, kan een vaste
of verstelbare trekstang, met of zonder remmen
gemonteerd zijn. De trekstang kan voorzien worden
van een kogelkoppeling of verschillende trekogen.
De trekstang kan worden voorzien van een steunvoet
of een steunwiel.