Zet de hoofdschakelaar aan de voorzijde van de loopband (bij moter) uit.
Knoppen in handvatten
Op de handvatten vindt u knoppen op de snelheid en de hellingshoek aan te passen. Rechts past u
de snelheid aan en links de hellingshoek.
U kunt deze knoppen ook uitschakelen als u wilt. Wanneer u bijvoorbeeld de handvatten
vasthoudt tijdens de training. Dit kunt u doen door de knop die u rechtsonder op de computer
vindt in te drukken. (Hand rail Controls)
Sneltoetsen
U kunt de snelheid in grote stappen aanpassen door de sneltoetsen te gebruiken.
Druk eerst op de Snelheid (quick speed) of de Hellingshoek (quick incline) toets en toets
vervolgens met de cijfertoetsen de snelheid of hellingshoek in die u in wenst te stellen.
Voorbeeld:
Uw wilt 8 km per uur lopen. Druk eerst op quick speed en druk vervolgens de 8 en de 0 in. U ziet
op het scherm 8.0 km weergegeven. De snelheid wordt nu verhoogd naar 8 km per uur.
De maximale snelheid is 16 Km/h en de maximale hellingshoek is 9,5%
U kunt met de cijfertoetsen maximaal 9.9 km per uur aangeven, wilt u sneller dan dient u dat met
de +/- toetsen op het computerscherm of in de handvatten te doen.
Display
Spiergebruik figuur op display:
Bovenop op de display is een wordt een figuur van een persoon weergegeven. Op het figuur
wordt met lichtjes aangegeven welke spiergroepen u het meest gebruikt tijdens de training. U
kunt de accenten op de training van verschillende spiergroepen verleggen door de hellingshoek
aan te passen.
De lampjes op het figuur worden in 3 kleuren weergegeven:
Groen: licht gebruik van de spiergroep
Oranje: Gemiddeld gebruik van de spiergroep
Rood: Zwaar gebruik van de spiergroep
3