Transmitter voor veldmontage
Sluit de voeding als volgt aan:
1. Sluit de kabelwartel of de afgedichte kant van de kabelbuis aan op de
middelste doorvoeropening in de transmitterbehuizing (zie figuur 5).
Overtuig u ervan dat de fittingen hermetisch zijn afgedicht.
2. Sluit de voedingskabel aan op de twee klemmen met etiketten, zoals
aangegeven in figuur 9. Als er "L" (leiding) en "N" (nul) op deze
etiketten staat, installeert u een voeding van 85 tot 250 VAC. Als er "+"
(plus) en "-" (min) op de etiketten staat, installeert u een voeding van
12 tot 30 VDC.
Figuur 9.
Voedingsklemmen van RFT9739 voor veldmontage
Aarding
apparatuur
Doorvoeropening
85-250 VAC voeding
12-30 VDC voeding
STAP 6.
Bedrading van transmitteruitgangen
Onderstaande richtlijnen gelden voor transmitters voor zowel rek- als
veldmontage
•
Voor de uitgangsbedrading is een afgeschermde kabel met getwiste
paren vereist.
•
Bij 0,3 mm² bedrading is de maximale lengte 150 m, bij 0,1 mm² is
dat 15 m.
voeding
L
N
+
–
18
Aarding
apparatuur
Voedings-
klemmen