2.
De motor moet starten als de bestuurder niet op de
stoel zit, de wet-knop tegen de wijzers van de klok
in gedraaid is, het tractiepedaal in de neutraalstand
staat en de schakelaar van de messenkooien in de
OFF/AF-positie staat. Indien ofwel het tractiepedaal
ingetrapt wordt, of de schakelaar van de messen-
kooien op ON/AAN gezet wordt terwijl de
bestuurder zich niet op de stoel bevindt, dan zou de
motor moeten afslaan. Verhelp het probleem indien
de veiligheidsschakelaars niet naar behoren
functioneren.
3.
De motor mag niet stoppen als de schakelaar van
de messenkooibediening ingeschakeld wordt
wanneer de bestuurder zich niet in de stoel bevindt
en de wet-knop met de wijzers van de klok
meegedraaid is. Verhelp het probleem indien de
veiligheidsschakelaars niet naar behoren
functioneren.
4.
Als de bestuurder op de stoel zit, de motor loopt en
de schakelaar van de messenkooibediening in de
ON/AAN-positie staat, moet het indicatielampje op
het instrumentenpaneel branden en de motoren van
de messenkooien draaien als de liftcilinder volledig
ingeschoven is. Als de liftcilinder uitgeschoven is,
moet het lampje uitgaan en moeten de motoren van
de messenkooien stoppen met draaien. Verhelp het
probleem indien de veiligheidsschakelaars niet naar
behoren functioneren.
5.
Als de bestuurder op de stoel zit, mag de motor niet
starten als de schakelaar van de messenkooien of de
tractiebesturing ingeschakeld zijn. Verhelp het
probleem indien de veiligheidsschakelaars niet naar
behoren functioneren.
Het slepen van de tractie-eenheid
In geval van nood kan de Reelmaster 2300-D over een
korte afstand gesleept worden. Toro raadt echter af dit
als standaardprocedure te gebruiken.
BELANGRIJK: Sleep de machine niet sneller dan
3–4,8 km/uur omdat hierdoor de aandrijving
beschadigd kan worden. Indien de machine over een
aanzienlijke afstand verplaatst moet worden, moet
deze op een vrachtwagen of een aanhanger vervoerd
worden.
1.
Verdraai de bypass-klep op de pomp 90°.
Afbeelding 18
1. Slangplug
2.
Voordat de motor gestart wordt, moet u de bypass-
klep goed sluiten door deze 90° te verdraaien. Start
de motor niet terwijl de klep open staat.
Rijgedrag en bediening
Oefen het besturen van de Reelmaster en zorg ervoor dat
u hiermee grondig bekend bent. Door zijn hydrostatische
overbrenging en de keuze uit twee- of driewielaan-
drijving, vertoont hij een ander rijgedrag dan veel
andere apparaten voor gazononderhoud. Houd bij de
besturing rekening met de tractie-aandrijving, het motor-
toerental en de belasting van de maai-eenheden. Houd
het motortoerental hoog en enigszins constant tijdens het
maaien, met behulp van het tractiepedaal zodat u over
voldoende vermogen beschikt voor de tractie- en maai-
eenheden. Stel de snelheidsselector zodanig af dat u een
constante voortbewegingssnelheid en maaikwaliteit
houdt. Indien u op heuvelachtig terrein bent, moet u
echter de snelheidsselector niet gebruiken.
Volg de richtlijnen voor de bediening in deze hand-
leiding en zorg ervoor dat u op de hoogte bent van een
veilig gebruik op alle soorten terrein. Rijd nooit over
hellingen en maai nooit omhoog en omlaag op hellingen
steiler dan 20 graden, en maai of rijd nooit dwars over
hellingen van meer dan 15 graden. Anticipeer altijd goed
om te voorkomen dat u plotseling moet stoppen, starten
of draaien. Gebruik het "achteruit-pedaal" om tot
stilstand te komen. Voordat u de motor afzet moet u alle
bedieningsorganen uitschakelen, de gashendel in de
IDLE/STATIONAIR-stand zetten en de parkeerrem
activeren.
Bediening
19