Opnamestanden
Gebruik het programmakeuzewiel om de gewenste opnamemodus
te openen.
( 1 )
( 2 )
( 3 )
(1)
Auto-modus/modus Hybride
(3)
automatisch
Volledig automatische opnamen
met door de camera bepaalde
instellingen
( = 22, = 34, = 36).
(2)
Modus voor speciale composities
Opnamen maken met instellingen
(4)
die zijn ontworpen voor specifieke
scènes of diverse effecten
toevoegen ( = 55).
( 4 )
Filmmodus
Voor het maken van films
( = 72, = 103).
Als u op de filmknop drukt, kunt
u ook een film maken zonder het
programmakeuzewiel in te stellen
op de filmmodus.
P-, Tv-, Av-, M- en C-modus
Verschillende soorten opnamen
maken met behulp van uw
voorkeursinstellingen
( = 77, = 100).
De hoek en de stand van het scherm (monitor)
aanpassen
U kunt de hoek en stand van het scherm aan de compositie aanpassen
of aan de manier waarop u filmt.
Het scherm naar beneden kantelen
Trek de bovenkant van het scherm
z
omlaag naar u toe.
Het scherm kan tot circa 45° naar
z
beneden worden gekanteld.
Het scherm naar boven kantelen
Het scherm kan tot circa 180° naar boven
z
worden gekanteld.
Wanneer u zelf ook op een foto wilt staan,
z
kunt u uzelf in spiegelbeeld bekijken door
het scherm in de richting van de voorkant
van de camera te draaien.
Als u klaar bent, draait u het scherm totdat
z
het op zijn plaats klikt om het te sluiten.
●
Sluit het scherm wanneer u de camera niet gebruikt.
●
Trek het scherm niet te ver open. De camera kan hierdoor
beschadigd raken.
●
Om de functie voor beeldomkering te annuleren, drukt u op de
knop [
]. Kies [Omg. weergave] op het tabblad [
kies vervolgens [Uit].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/
Modus Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
1] en
28