7.5.4 Richtlijnen voor het buigen van leidingen
7.5.5 Het uiteinde van een buis verbreden
ERGA04~08DAV3(A) + EHBH/X04+08DA*V7
Daikin Altherma 3 R W
4P618958-1 – 2020.03
a
Momentsleutel
b
Moersleutel
c
Leidingverbinding
d
Flaremoer
Afmetingen van de
leidingen (mm)
Ø6,4
Ø15,9
Gebruik een buisbuiger om bochten te maken. Alle buisbochten moeten zo zacht
mogelijk zijn (de bochtstraal moet 30~40 mm bedragen of meer zelfs).
VOORZICHTIG
▪
Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas veroorzaken.
▪
Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik nieuwe getrompte buizen om
ervoor te zorgen dat geen koelgas kan lekken.
▪
Gebruik de getrompte moeren die bij de unit werden meegeleverd. Andere
getrompte moeren gebruiken kan koelgaslekken veroorzaken.
1 Snijd het uiteinde van de leiding af met een pijpensnijder.
2 Verwijder de bramen en houd daarbij het afgesneden vlak naar beneden
zodat er GEEN bramen in de leiding kunnen komen.
a
a
Snijd precies in rechte hoeken af.
b
Verwijder de bramen.
3 Verwijder de flaremoer van de afsluiter en zet de flaremoer op de leiding.
4 Verbreed de leiding. Verbreed exact op de plaats zoals getoond op de
volgende afbeelding.
A
Flaregereedschap voor
R32 (koppelingstype)
A
0~0,5 mm
5 Controleer of de verbreding goed werd uitgevoerd.
a
a
De binnenkant van de verbreding mag GEEN gebreken vertonen.
b
Het uiteinde van de leiding MOET gelijkmatig en in een perfecte cirkel verbreed zijn.
Aanhaalkoppel
Trompmaat (A)
(N•m)
15~17
62~75
b
Conventioneel flaregereedschap
Koppelingstype
(Ridgid-type)
1,0~1,5 mm
b
c
7
|
Vorm van de
(mm)
verbreding (mm)
8,7~9,1
19,3~19,7
Vleugelmoertype
(Imperial-type)
1,5~2,0 mm
Uitgebreide handleiding voor de installateur
Installatie
90°
±2
ØA
R=
0.4~0.8
83