ERGA04~08DAV3(A) + EHBH/X04+08DA*V7
Daikin Altherma 3 R W
4P618958-1 – 2020.03
5
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
|
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪
#: [2.9]
▪
Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪
#: [4.4]
▪
Code: [7-02]
In geval van warmtepompconvectoren:
Externe kamerthermostaat voor de
secundaire zone:
▪
#: [3.A]
▪
Code: [C-06]
Output afsluiter
Afsluiter
Op het mengklepstation
Voordelen
▪
Comfort.
-
De
slimme
aanvoerwatertemperatuur verhogen of verlagen op basis van de werkelijke
kamertemperatuur (aanpassing).
-
De combinatie van de twee warmteafgiftesystemen biedt het excellente
verwarmingscomfort voor de vloerverwarming en tevens het excellente
koelcomfort van de warmtepompconvectoren.
▪
Efficiëntie.
-
Afhankelijk
van
aanvoerwatertemperaturen leveren om aan de gewenste temperatuur van de
verschillende warmteafgevers te voldoen.
-
Vloerverwarming levert de beste prestaties met het warmtepompsysteem.
2 (Kamerthermostaat): De unit werkt
op basis van de omgevingstemperatuur
van de gebruikersinterface.
Let op:
▪
Primaire kamer = gebruikersinterface
gebruikt als kamerthermostaatfunctie
▪
Andere
kamerthermostaatfunctie
1 (2 zones): Primair + secundair
1 (1 contact): Als de gebruikte
externe kamerthermostaat of
warmtepompconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan sturen. Geen
onderscheid tussen een vraag naar
verwarming of een vraag naar koeling.
Ingesteld om de thermovraag van de
primaire zone te volgen.
Als de primaire zone tijdens de
koelstand afgesloten moet worden om
geen condensatie op de vloer te
hebben, stel dit dan
dienovereenkomstig in.
Stel de gewenste primaire
aanvoerwatertemperatuur voor
verwarming en/of koeling in.
kamerthermostaatfunctie
de
vraag
zal
Waarde
kamers
=
kan
de
de
binnenunit
verschillende
Uitgebreide handleiding voor de installateur
externe
gewenste
35