Inhoudsopgave
Advertenties
1
9 Controleer alle kabelaansluitingen en haal kabels uit de weg om te
voorkomen dat de luchtstroom tussen de ventilator en de
ventilatieopeningen wordt geblokkeerd.
10 Breng het stationspaneel opnieuw aan (zie het gedeelte "Het
stationspaneel installeren" op pagina 54).
11 Breng de computerbehuizing opnieuw aan (zie het gedeelte "De
computerbehuizing opnieuw aanbrengen" op pagina 121).
KENNISGEVING:
de kabel op de netwerkaansluting of de netwerkpoort aansluiten en vervolgens de
stekker van het andere uiteinde van de kabel op de computer aansluiten.
12 Sluit de stekker van de computer en apparaten op een stopcontact aan en
zet ze vervolgens aan.
Raadpleeg de documentatie die bij de schijf werd geleverd voor instructies
over het installeren van eventuele software die noodzakelijk is voor het
functioneren van de vaste schijf.
13 Open het systeemsetupprogramma (zie het gedeelte "Het
systeemsetupprogramma openen" in de Eigenaarshandleiding) en selecteer
de gewenste optie onder Drive.
stroomkabel
Om een netwerkkabel aan te sluiten moet u eerst de stekker van
1
2
gegevenskabel
2
69
Stations
Advertenties
Inhoudsopgave
