Het bedieningspaneel zal automatisch verbinding
maken met uw compatibele hartslagmonitor. Uw
hartslag wordt weergegeven wanneer uw hartslag
wordt gedetecteerd.
6. Zet indien gewenst de ventilator aan.
De ventilator heeft meer-
dere snelheidsinstellingen
waaronder een auto-
matische modus. Als de
automatische modus is
geselecteerd, wordt de
snelheid van de ventilator
automatisch verhoogd of
verlaagd als uw fietssnel-
heid toe- of afneemt. Druk herhaaldelijk op de
toenametoets en afnametoets Auto Fan (automati-
sche ventilator) om een ventilatorsnelheid te kiezen
of om de ventilator uit te zetten.
Let op: De ventilator gaat automatisch uit als het
startscherm is geselecteerd en de pedalen enige
tijd niet bewegen.
7. Zet het bedieningspaneel uit als u klaar bent
met trainen.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN op
bladzijde 13.
HET GELUIDSSYSTEEM GEBRUIKEN
Aansluiten met een audiokabel
Sluit een 3,5 mm mannetje tot 3,5 mm mannetje
audiokabel (niet meegeleverd) aan op de aansluiting
van het bedieningspaneel en op een aansluiting van
uw persoonlijke audiospeler om muziek of audioboe-
ken via het geluidssysteem van het bedieningspaneel
tijdens uw training te beluisteren; zorg ervoor dat de
audiokabel goed aangesloten is. Let op: Ga naar
uw plaatselijke elektronicawinkel om een audioka-
bel aan te schaffen.
Druk vervolgens op de afspeeltoets op uw persoon-
lijke audiospeler. Pas het volumeniveau aan met
de toename- en afnametoets Volume op het bedie-
ningspaneel bij of met de volumeregelaar van uw eigen
audio-speler.
Uw apparaat aansluiten met Bluetooth
Als het bedieningspaneel een Bluetooth Audio toets
heeft, kunt u uw Bluetooth-geschikte apparaat aanslui-
ten om audio af te spelen via het geluidssysteem van
het bedieningspaneel.
1. Plaats of houd uw Bluetooth-geschikte
apparaat in de buurt van het bedieningspaneel.
2. Schakel de Bluetooth-instelling in op uw
apparaat.
3. Koppel uw apparaat aan het bedieningspaneel.
Houd de Bluetooth Audio toets op het bedie-
ningspaneel 3 seconden ingedrukt. De Bluetooth
Audio toets zal beginnen te knipperen en het
bedieningspaneel gaat over in koppelingsmodus.
Als uw apparaat en het bedieningspaneel succes-
vol zijn gekoppeld, wordt de audio van uw apparaat
via het geluidssysteem van het bedieningspaneel
afgespeeld.
Let op: Het bedieningspaneel kan 8 apparaten
opslaan in het geheugen. Als u uw apparaat al
eens met het bedieningspaneel heeft gekoppeld,
hoeft u alleen maar op de Bluetooth Audio toets te
drukken om uw apparaat met het bedieningspaneel
te verbinden.
4. Wis indien nodig het apparaatgeheugen in het
bedieningspaneel.
Wanneer u alle Bluetooth-geschikte apparaten die
zijn opgeslagen in het geheugen van het bedie-
ningspaneel wilt wissen, houdt u de Bluetooth
Audio toets 10 seconden ingedrukt.
DE OPTIONELE HARTSLAGMONITOR
Het maakt niet
uit of u vet wilt
verbranden
of uw hart- en
vaatstelsel wilt
verbeteren: de
beste resulta-
ten behaalt u
door de juiste
hartslag tijdens
uw training te
behouden. Met de optionele hartslagmonitor kunt u
tijdens de training voortdurend uw hartslag meten. Dat
zal u helpen uw persoonlijke fitnessdoelen te behalen.
Kijk op de voorkant van deze handleiding om een
hartslagmonitor aan te schaffen.
Let op: Het bedieningspaneel ondersteunt alle
Bluetooth Smart hartslagmonitoren.
15